Meandermagazine
Poëzie in beweging
Anne Provoost - Decem
De tweede bundel van Anne Provoost heet 'Decem' en handelt over een bootvluchteling die zijn vrouw en ongeboren kind verliest doordat de boot schipbreuk leidt. De vluchteling verliest door zijn rouwproces ook het zicht op de gebeurtenissen, maar moet de asielverstrekkers overtuigen van zijn recht op asiel. Paul Roelofsen is onder de indruk en zegt: 'Een zeer sterke bundel met name door het beeldend taalgebruik, maar de poëzie is ook en vooral een aanklacht waarvan de urgentie onmiskenbaar is.'
De criticus als ezelsvilder
Jan van der Vegt over een curieuze schilfer literatuurgeschiedenis, een oordeel dat de verzen van Lucebert en heel zijn dichterschap zeer negatief voorstelde. In de vroege jaren ’50 was de dichter Hendrik de Vries zeer actief als poëziecriticus. Hij kon niets beginnen met de nieuwste dichtersgeneratie, die der Vijftigers, en hun poëticale revolutie. Dat heeft de beginnende dichter Lucebert geweten.
Kees Faber
Deze wat filmische gedichten van Kees Faber hebben een fijne ironie en kleinschalige humor, een beetje maatschappijkritiek en een groot oog voor detail: de 'rechtopstaande geur' is een mooie beschrijving van de geur in een fastfoodketen met bezorging, dan hebben we nog het kauwtje dat een verpakking schoonpikt en de witte kunstrozen achter het stoffige glas.
Jan Glas - Een mooi verhaal
De nieuwe bundel van Jan Glas heet ‘Een mooi verhaal’. Een combinatie van deze titel met het motto, een citaat van de zanger Lou Rawls, is van een absurde humor. Hij ervoer dat je in een rumoerige club pas aandacht krijgt voor een song als je die hebt ingeleid met een verhaal. Als Glas in zijn bundel een mooi verhaal vertelt, is dat dan ook niet meer dan een inleiding? Tot wat? Dat moet je zelf bedenken. Een recensie van Hans Puper.
Geen kerstcantate
Soms is één gedicht voldoende, één gedachte, één wens, één gemeenschappelijke deler: wij wensen u een lichte, vredige, warme, veilige Kerst.
Marcel, de rebel
Een liefdevolle column van Marc Bruynseraede over dichter, kunstenaar Marcel van Maele. Zijn opstandige weerbarstigheid oogstte sympathie, medevoelen en interesse voor zijn werk en stijl. In 1972 werd hem de Arkprijs voor het Vrije Woord toegekend. Verstaanbaarheid was niet de hoogste prioriteit. Eerder stampen tegen de waarden en ermee spotten. Schrijven en intussen gerust gelaten worden was zijn enige bekommernis, liefst ‘ontembaar, onkooibaar’.