De advent is in het christendom de benaming voor de aanloopperiode naar kerst. De naam advent komt van het Latijnse woord adventus, dat komst betekent. In de adventsperiode bereiden christenen zich voor op het kerstfeest: dit is het feest waarbij de geboorte van Jezus wordt herdacht.
In de encyclopedie zijn nog negentien definities van advent. Invulling is natuurlijk geheel naar uw eigen keuze. Wij wensen u in ieder geval een warme tijd van bezinning en vreugde, samenzijn en introspectie, al dan niet met sneeuw, glitterpak of rendier. Met zorg kozen wij een aantal gedichten die deze donkere maand van licht voorzien.
afbeelding Pixabay
–
Het stadshart is haast dichtgeslibd.
Wensen drommen op het trottoir
langs etalages stikvol koopbaar.
–
In geslepen banen sluizen trams
verlangens door, bij vlagen gierend,
bellend. Auto’s horten dampend
door het steedse heen, zebra’s over
tussen citybags loodzwaar van koopwaar.
–
Reclames pressen ons de winkels in,
het infarct van kassa’s langs.
–
Muzak spoelt onze oren:
liegt dat vrede enkel en alleen
geboren wordt in overdaad –
–
© Inge Boulonois
uit Haast feestelijk (Utrecht, Schakel, 2007)
–
Als kind herinner ik de late mis
Met de mystiek van wierook en de psalmen
De broodjes die vers uit de oven walmen
Het uitgestelde slapen na de dis
–
De kerk staat nu wat verder van mijn huis
Wel heb ik heel de engelschare thuis
–
(c) Arjan Keene (2017)
–
Dit huis loopt mank, het licht
verstapt zich ’s ochtends.
De bal rolt weg en wasco kleurt
een driehoek hemel. Zwaluw
van de lucifers, een roos
hangt krom bij abattoire tegels.
–
Advent, en ja, bezinning kwam
per ezel – gebalk stijgt op van
het toilet en plots verdwijnt
de zwaluw in een stal van lego.
Is dat de boerenzwaluw, pa?
Centrisch draait de bromtol,
–
Vogels van Europa verliest
zijn kaft in dit heelal. Tikkende
klok. Trager drupt de kraan.
Nesten zweven en brengen
zonder het te weten de eieren
in een baan.
–
© Idwer de la Parra
uit Grond (De Bezige Bij, 2016)