Rinske Kegel (Haren, 1973) is schrijver van poëzie en proza. Zij publiceerde o.a. in De Revisor, De Poëziekrant en Het Liegend Konijn. In november 2019 verscheen haar poëziedebuut ‘Als het maar een vacht heeft’ bij uitgeverij De Zeef. Bij Palmslag gaf ze een boek over taaldieren uit ‘Dierenrijk’.
overgave
–
de waarheid heeft ons pootje gehaakt
sloeg deuren dicht en huilde gedempt
de waarheid droeg ons hart uit ons lichaam
en masseerde het met kiezels en zand
de waarheid keek of het licht nog aan was
de achterdeur nog open stond
of de lakens gestreken waren
wit en gestreken vol overgave
–
de waarheid heeft ons pootje gehaakt
sloeg deuren dicht en huilde gedempt
de waarheid droeg ons hart uit ons lichaam
en masseerde het met kiezels en zand
de waarheid keek of het licht nog aan was
de achterdeur nog open stond
of de lakens gestreken waren
wit en gestreken vol overgave
ineens zit je weer aan mijn tafel
–
die van Ikea die nu ergens anders staat
en je zegt schat met een accent
maar je doet weer je best en je deed je best
je best en je beste beentje
in dit koude land die kille stad
met al dat papierwerk en wachten
wachten met je beste beentje
–
tot die dag dat er iemand
twee vingers in je hals legde
en nee schudde
–
maar nu zit je hier weer en word
ik opnieuw verliefd op alles
dat nog had moeten komen
–
die van Ikea die nu ergens anders staat
en je zegt schat met een accent
maar je doet weer je best en je deed je best
je best en je beste beentje
in dit koude land die kille stad
met al dat papierwerk en wachten
wachten met je beste beentje
–
tot die dag dat er iemand
twee vingers in je hals legde
en nee schudde
–
maar nu zit je hier weer en word
ik opnieuw verliefd op alles
dat nog had moeten komen
capricciosa
–
misschien heb je een grote baard
of een beginnende
misschien mag je glad zijn
zit je te wanhopen in een verschoten clownspak
of trainingsbroek of bloot op een steiger
–
we wachten ieder in een ander land
en slapen in andere nachten
levens en huizen
we zijn te klein voor de liefde
–
te groot voor dromen maar stronteigenwijs
hebben dezelfde bloedgroep (heldenbloed)
lachen om onze eigen grappen
en bij de pizzeria nemen we de capricciosa
–
misschien heb je een grote baard
of een beginnende
misschien mag je glad zijn
zit je te wanhopen in een verschoten clownspak
of trainingsbroek of bloot op een steiger
–
we wachten ieder in een ander land
en slapen in andere nachten
levens en huizen
we zijn te klein voor de liefde
–
te groot voor dromen maar stronteigenwijs
hebben dezelfde bloedgroep (heldenbloed)
lachen om onze eigen grappen
en bij de pizzeria nemen we de capricciosa
buikje
–
sinds zijn vrouw is overleden
heeft de oude man een buikje gekregen
ik denk dat zijn vrouw
daar in zit
–
sinds zijn vrouw is overleden
heeft de oude man een buikje gekregen
ik denk dat zijn vrouw
daar in zit