Désirée-Christine van Blitterswijk (36) dichter, kunstenaar & performer. Werkt als dramadocent in het basisonderwijs.
‘In het voorjaar debuteer ik met vier gedichten in Het Liegend Konijn (uit het nest geroofd 2023). Onlangs heb ik een dichterlijk manifesto geschreven voor de kersverse redactie van Miasma Magazine (uitgever & platform voor kunstenaars & academici). In 2022 won ik een voorronde van de poetryslam Rotterdam. Momenteel creëer ik mijn eigen bonte nest. Het tuinhuis atelier. Dit is de broedplaats voor nieuwe spinsels. Wat wil er uitbreken, zinnebeeldig geboren worden? ´s Nachts als iedereen slaapt komen de meeste gedichten tot leven. Ik analyseer dromen en sla een brug tussen taal en onaangekondigde beeldstromen. Een goede vriendin zei ooit: je bent voer voor Freud.’
foto © Florine van Rees
Mollenrit
–
In mijn hoofd zit een molshoop
een berg van overtollige gedachten ´s nachts
–
als ik baad in het zweet me
probeer los te maken van de dagen
woelen zijn nagels onder mijn huid
–
hij woont mijn lichaam uit
graaft diepe tunnels
–
op mijn aders zie je zijn nagels
hier vindt hij zijn rust in
open wonden
–
ik kan het bloeden niet verhelpen
–
het leven dat uit mij stroomt is
een eindeloze zee
Keer terug
–
Dit meisje dat nog steeds de polderbroek draagt
zich afvraagt wat een stad je teruggeeft
als je een compleet gezin achterlaat
het huis je zelfgesponnen baarmoeder
–
vergeet het kleinschalige geluk
waar woorden worden gedragen
door beelden
–
herinneringen van versgemaaid gras
en spelende kinderen
–
dit is een ander soort bloei een zeldzame stilte
een gesluierde gedachte
–
over voetstappen
die oplossen als sneeuw voor de zon
–
een stad is geen navelstreng om aan vast te klampen
geen aarde om te wortelen
–
weleens blote voeten om de wereld aan te stampen
het lijk dat onder horizontale muren
alsmaar dieper graaft
–
de weg naar succes ligt afgezonderd
–
hoe verstikkend het centrum kan voelen
als een bonkend hart dat probeert uit te breken
de ruimte die we delen te klein voor twee
–
probeer maar eens een steen te verplaatsen
wat teruggroeit zijn leugens
krioelende schepsels in de schaduw van
hun eigen wezen
Kloppend universum
–
Twee witte duiven
een huis van vleugels een kloppend
universum dat spoedig
wil uitbarsten
–
wat er in de kosmos gebeurt ook in de mensen
het gevoel dat je op wolken loopt
hand in hand
–
jouw lijfje licht als dons
het nest een uitbottend twijgje
–
nu ben je nog een appel onder de sterrenhemel
de dwarsdoorsnede van mijn wederhelft
–
wie goed kijkt kan het heelal zien
een pentagram van groeistrepen
het vruchtje waar de ziel twee armen
aan elkaar verbindt de dagen en de
nachten
Springtij poezee
–
De zee is een golvend gedicht
–
waar dag en nacht
als de zon en de maan
–
gewichtloos door de aantrekkingskracht
wanneer je in het diepe springt
–
omhels de vallende sterren het rijzende tij
het schuimbekken de vloedbranding
–
alles wat donker is
wordt belicht in onszelf
–
de kou die door je aders stroomt
een smeltende ijsberg onder het avondrood