LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Gedichten

Rob de Vos-prijs 2020 Eervolle vermeldingen (I)
Rob de Vos-prijs 2020 Eervolle vermeldingen (I)
Vandaag de eerste vier dichters die genomineerd werden voor de Rob de Vos-prijs en een eervolle vermelding kregen van de jury. Maak kennis met de dichters en lees hun gedichten. Laat u verassen door de verschillende benaderingen van ons wedstrijdthema en lees wat onze vakkundige jury ervan vond.
Rob de Vos-prijs 2020
Rob de Vos-prijs 2020
De winnaar van de Rob de Vos-prijs 2020 is Daphne Schrijvers (1975) uit Groningen! De 7-koppige jury gaf haar gedicht de hoogste score en bekroont het met de eerste prijs. Zij ontvangt de Rob de Vos-trofee en honderd euro. De tweede prijs is gewonnen door Monique Wilmer-Leegwater (1966). De derde prijs gaat naar Taco van Peijpe (1946). Lees hier de drie winnende gedichten van dit jaar en maak kennis met de dichters.
Ekster Alven
Ekster Alven
Dichter, verhalenverteller Ekster Alven voert schijnbaar zonder lijn of doorgaand verhaal je snippers poëzie die blijven hangen. Rijke beeldenpracht, omvergooiend, kolkend, brandend, niet verklarend maar lawaaierig en toch loepzuiver met regels als “Om de ultieme schoonheid van werk of kennis te zien moet je een klein gerucht omzetten in een koude ziel” als ook “scheuren in mijn jeans, bij jouw knieën”.
Pol Bracke
Pol Bracke
Taal vormt voor Pol Bracke de rode draad doorheen zijn loopbaan. Stapsgewijs eiste de poëzie een plaatsje op, al bleef die tot nog toe binnenskamers. Zijn gedichten zijn observaties in mild melancholische toon met een originele woordkeus en onvoorspelbare inhoud. Binnenrijm dat je bijblijft en je in schuinte achterna hijgt, beter kan het niet.
Sacha Landkroon
Sacha Landkroon
De poëtische ontdekkingsreiziger Sacha Landkroon deelt met ons het actueelste dat hij te bieden heeft. Een beetje schrijnend, beetje schurend, doordacht romantisch. Het gros van zijn wereldreizen speelt zich af in de veilige omgeving van zijn eigen denkhoofd. Als daar maar geen poëzie van komt, zeggen ze dan. Nou toch wel! Verwondering blijft altijd het toverwoord.
Alja Spaan
Alja Spaan
Een van de leukste dingen die Alja Spaan doet is het wekelijks voorlezen van een groep ouderen in het verzorgingshuis. Niets relativerender dan herinneringen te delen en naar elkaars verhalen te luisteren. Omdat ze dit al jaren doet zijn het haar vrienden geworden en ja, ze weten dat ze soms over hen schrijft maar dat hoeven ze niet te horen.
Johanna Kruit
Johanna Kruit
De poëzie van Johanna Kruit ontroert en troost met zinnen als “Jij schudt het verleden, het verdriet uit mijn haren, vangt me op in je hoofd”. Onverminderd sterk is zij, herkenbaar en dus bijna aanraakbaar. Het is heerlijk dat ze met ons meeloopt als “hoge wolken in de lucht”.
Geert Jan Beeckman
Geert Jan Beeckman
Dichter Geert Jan Beeckman maakt ons bewust van onze eigen aanwezigheid en betekenis. “Voor een tussentijd van geen woord. Ter grootte van een werkelijk gebeuren.” De ongeschreven wet van het bestaan, schrijft hij, is dat wij anoniem blijven. Maar dan de sporen, “Stel je een wit landschap voor, een eindeloos pad dat in de verte niet naar adem hapt” en “Omdat het uitzicht zo goed is in schrijven”.
Sandra Roobaert
Sandra Roobaert
Dat wat je wilt van poëzie staat hier, alsof het altijd op ons als lezer heeft gewacht. ‘In het grootste geheim zijn de eerste zinnen geschreven.’ Wie dicht als Sandra Roobaert, “Als je het gezangenboek opent – ver genoeg - krult de rode kaft om tot een hart” heeft op authentieke en originele wijze het belang van poëzie onderstreept.