Meandermagazine
Elvis Peeters - Ontwrichte gedichten
In ‘Ontwrichte gedichten’ van Elvis Peeters licht de dichter zijn poëtica toe in ‘Toegevoegd proza’. Dat kan nooit goed gaan. Hettie Marzak aan het woord: ‘Volgens Peeters moet een gedicht centraal staan als levende entiteit en gebruikt het de dichter als medium. Waar de gedichten beperkt bleven tot algemeenheden en registraties als mededelingen en omschrijvingen, daar ontwikkelt het proza zich als mystieke codetaal. Geen van beide overtuigen, het blijven lege woorden zonder betekenis.’
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (69)
Een serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? En toch gaan we het iedereen vragen. Het negenenzestigste antwoord komt van Antony Samson.
Paul Demets - De hartvinger
Douwe Wilts is razend enthousiast over nieuwste bundel van Paul Demets: ‘’Met ‘De hartvinger’ heeft Paul Demets een weergaloze poging gedaan om de dualiteit op te heffen. En dat gevoel stroomt nu, vier weken nadat ik de bundel voor de eerste keer gelezen heb, nog steeds door mijn lichaam, het gonst in mijn hoofd, het heeft zich in de bodem van mijn ziel genesteld.’’
Ganzen
De nieuwe column van Hans Puper. De eerste alinea maakt nieuwsgierig: “Laatst vond ik een werkdagboek terug waarin ik boeiende ervaringen, interessante observaties en te onthouden tips noteerde. Toen ik stopte met werken, schreef ik er opmerkelijke passages, regels of strofen in die ik tegenkwam. Zoals deze: ‘Een troep ganzen – schrijvend met elkaars ganzenveer.’ “
Taco van Peijpe
‘Een druppel rolt van het blad / en het water gaat zingen.’ Zo is het met een woord van dichter Taco van Peijpe ook, het rolt bij ons binnen, beroert ons, tikt ons zachtjes aan, blijft even talmen, nestelt zich dan en vindt voorgoed een plaatsje. Mee te voelen hoe je ontstaat zodat je ergens blijft.
Geert Viaene - Waagzin
In zijn eerste recensie bespreekt Tom Veys de bundel ‘Waagzin’ van Geert Viaene. Het centrale thema is vallen. ‘’Het maatschappijbeeld dat in ‘Waagzin’ wordt beschreven, is niet altijd positief en soms zelfs pijnlijk, maar het is wellicht een poëtische oproep naar ons, de burger, de lezer, iedereen. In deze bundel is een talentvol dichter aan het woord die de zee, het vallen en de tederheid een meesterlijke stem geeft.’’