Recensies
Julia Blackburn - Fluisteringen van liefde, smart en spreeuwen
In de tweetalige bundel Fluisteringen van liefde, smart en spreeuwen(Murmurations of Love, Grief and Starlings) verbindt Julia Blackburn gedichten over het overlijden van haar man, de kunstenaar Herman Makkink, met
kleurenfoto’s van massale groepen spreeuwen. Er gaat een dwingende symboliek van uit.
Nanne Nauta - Permutaties
Hoe maak je een dada-gedicht? Tristan Tzara wist het. Nanne Nauta (Permutaties) weet het ook en dan heet het 'flarf'. Met dank aan de computer en aan het programma Excel.
Anneke Brassinga - Het wederkerige
Taal heeft een bestaan op zich, los van communicatie, en dat is wat Anneke Brassinga, de winnares van de P.C. Hooftprijs 2015, keer op keer demonstreert in haar nieuwe bundel Het wederkerige. De autonomie van taal is er een belangrijk motief in.
Saskia Stehouwer - Wachtkamers
Het lezen van een debuut voelt een beetje als landen op een vreemde planeet. Je doet als lezer stappen op onbekend terrein en moet nog wennen aan de ‘zwaartekracht van de woorden’. In 'Wachtkamers', het debuut van Saskia Stehouwer, gaat het mogelijk over een zoektocht naar eigen identiteit; de bundel, die een transitie lijkt weer te geven, is in zijn totaliteit een reis waarin de reiziger verandert.
Sappho van Lesbos - Eros ontwortelt mijn hart
Plato riep Sappho van Lesbos uit tot tiende muze. Had het te maken met het feit dat zij de eerste vrouw was die haar persoonlijke gevoelens in verzen uitdrukte? Als Plato haar niet bewonderd had, zou iemand hier in het westen zich dan om de fragmenten van het werk van deze dichteres bekommerd hebben?
Het fragmentarische van 'Eros ontwortelt mijn hart' maakt het modern. Wij hebben allang aanvaard dat het afgeronde, het complete, het volmaakte dat de poëzie heel lang getracht heeft voor te stellen, een illusie is.
Het fragmentarische van 'Eros ontwortelt mijn hart' maakt het modern. Wij hebben allang aanvaard dat het afgeronde, het complete, het volmaakte dat de poëzie heel lang getracht heeft voor te stellen, een illusie is.
Marten Toonder - Nu is de moen gevangen. Alle poëmen van Marten Toonder
Bommelkenners Dick de Boer en Klaas Driebergen verzamelden voor 'Nu is de moen gevangen' alle gedichten ooit door Marten Toonder geschreven: de verzen uit de Bommelverhalen, maar ook in het archief van het Letterkundig Museum ontdekte ongepubliceerde gedichten. Ze zorgden voor een fijnmazige indeling, voorzagen het geheel rijkelijk van toelichtingen, illustraties en achtergrondinformatie en namen ook tal van originele manuscripten van Toonder op. Het resultaat is een kostelijk boek, dat zeker bij degenen die met de Bommelstrips zijn opgegroeid tot tal van aha-erlebnissen zal leiden.
Job Degenaar - Thorleif. Beeld en poëzie
Job Degenaar schreef gedichten bij foto's die meer dan honderd jaar geleden door de Noorse amateurfotograaf Thorleif Cooke in Amerika genomen werden. 'Thorleif. Beeld en poëzie' is het weinig opzienbarende maar toch aantrekkelijke resultaat.
Peter du Gardijn - Wat huid is
Wie aan de nieuwe bundel van Peter du Gardijn Wat huid is (2014) begint, wordt niet direct een houvast geboden. Dat ligt in eerste instantie aan de abrupte opeenvolging van uiteenlopende beelden, de stijlwisselingen, de ironische tot cynische ondertoon, de soms wat hoekige wendingen in formulering en/of de associatieve sprongen. Bij eerste lezing lijken de gedichten fragmentarisch te zijn opgebouwd, is er een schijnbaar gebrek aan muzikaliteit en staan de in beeld gebrachte situaties ogenschijnlijk los van elkaar, maar gaandeweg manifesteert zich de samenhang binnen de gedichten en wordt die geopend.
Johan Sonnenschein - Een glorieus ding. 'Een dag in 't jaar' van Herman Gorter
Ter gelegenheid van de 150ste geboortedag van Herman Gorter verscheen in de essayreeks van uitgeverij Huis Clos een uitgave van Een dag in 't jaar, bezorgd en toegelicht door Johan Sonnenschein.
Gorter (1864-1927) schreef Een dag in ’t jaar in 1889, direct na Mei en voor de bundel Verzen (1890), maar heeft het nooit willen publiceren. Sonnenschein zocht uit waarom.
Gorter (1864-1927) schreef Een dag in ’t jaar in 1889, direct na Mei en voor de bundel Verzen (1890), maar heeft het nooit willen publiceren. Sonnenschein zocht uit waarom.