Recensies
Renée van Riessen - Het komende leven
Æde de Jong heeft genoten van ‘Het komende leven’, een bundel van Renée van Riessen: ‘’Deze bundel is van opnieuw beginnen doordrongen. Waar de dood voor steeds meer mensen het grote niets inluidt, een mooie term voor botweg het einde – althans voor ‘het zelf’, als dat al bestaat – is het komende leven het leven dat de Messias zal inluiden. Hoe dat komende leven eruitziet, daarover verschillen de meningen, maar Van Riessen doet enkele suggesties.’’

Philip Huff - Ik meld mij af, ik meld mij aan
Peter Vermaat vraagt zich af of ‘Ik meld mij af, ik meld mij aan’ van Philip Huff geen bijproduct is van zijn meest recente roman? En ook of debuteren als dichter toevallig op de bucket list stond van Huff? Want: ‘Niet alles wat je met witregels doorspekt, wordt daarmee tot poëzie. Niet alle teksten die je nummert met I tot en met IV krijgen daarmee een samenhang. Niet iedere vergelijking van het een met het ander wordt daarmee beeldspraak.’

Tarek Eltayeb – Hier loopt niemand achter iemand aan
Maurice Broere buigt zich over Arabische poëzie met de bundel ‘Hier loopt niemand achter iemand aan’ van Tarek Eltayeb. Lore Baeten stond garant voor de Nederlandse vertaling. Hij concludeert: ‘Een boeiende bundel met aansprekende thema’s zoals: liefde, schaduw, dichten, fantasie, je eigen weg gaan.’ Ook over de vertaling is hij te spreken.

Liesbeth Lagemaat - Simones en Dianina
De bundel ‘Simones en Dianina’ van Liesbeth Lagemaat, vertelt een mythisch scheppingsverhaal. Hettie Marzak noemt het betoverende poëzie en zegt: ‘Met grote verbeeldingskracht en vanuit een nog grotere belezenheid vertelt Lagemaat deze ontstaansgeschiedenis in bevreemdende beelden en magische taal. Dromen en realiteit worden dooreen geweven en lenen zich voor diverse interpretaties, waarvan met geen mogelijkheid te zeggen is welke de juiste is.’
Jacob Groot - Lichttabletten
Recensent Douwe Wilts leest en bespreekt de nieuwste bundel van Jacob Groot, ‘Lichttabletten’, en krijgt het gevoel dat hij niet alleen poëzie leest, maar ook een toneelstuk bekijkt, in een stijl ‘alsof er nog weinig vaststaat, alsof de personages elk moment hun zinnen kunnen hernemen.’ Hierin herkent Wilts ook het thema van de bundel: de mogelijkheid dat de geschiedenis alsnog gewijzigd wordt, dat het genomen afscheid niet definitief is. De poëzie van Groot doet wat Wilts betreft precies wat goede poëzie moet doen: ‘de wereld in een ander licht zetten.’
Ruth Lasters - Tijgerbrood
Volgens Marc Bruynseraede is de taal in ‘Tijgerbrood’ van Ruth Lasters, een reddingsboei om de imperfectie te lijf te gaan. ‘De essentie waar ze naar streeft, de zwarte doos van het gedicht of het archetypische beeld, dat blijft hangen in de gedachten, maken van haar meer dan ooit een boeiende dichteres en een onafhankelijk Stadsdichter in de ware zin van het woord.’
Wouter Godijn - Poging een luchtig gedicht te schrijven
Voor wat betreft de bundel ‘Poging een luchtig gedicht te schrijven’ van Wouter Godijn vraagt Ivan Sacharov zich af: ‘Wat is er – voor een gerenommeerd dichter – moeilijk aan om een luchtig gedicht te schrijven?’ Hij geeft zelf het antwoord op deze hamvraag: ‘’Ja, het is zéker moeilijk om een luchtig gedicht te schrijven! Niet omdat de wereld om ons heen als een kaartenhuis in elkaar stort, maar omdat een gedicht in essentie uit (bewegende) lucht bestaat. Als het een goed gedicht is, natuurlijk. Een gedicht met een vleugje ‘geest’ erin.’’
Johanna Pas, Lies Colman, Koen Broos – Voor mij alleen
Maurice Broere bespreekt ‘Voor mij alleen’ van Johanna Pas, Lies Colman en Koen Broos, respectievelijk dichter, pianiste en fotograaf. Een bijzondere en verzorgde uitgave geïnspireerd op het leven en de muziek van de Belgische componist Guillaume Lekeu. Wat betreft de gedichten stelt Broere: ‘Enerzijds zijn ze helder en begrijpelijk, anderzijds blijft veel vaag.’ Dit, in combinatie met de geringe hoeveelheid gedichten, stelt hem enigszins teleur.

Elmar Kuiper - Blauwe hanen
Tom Veys noemt ‘Blauwe hanen’ van Elmar Kuiper: fijnproeverswerk voor de literaire lezer. Hij is onder de indruk van deze bundel die vogels en pijn als leidmotieven heeft. Hij zegt erover: ‘Deze dichter kan perfect pijn onder woorden brengen. Elmar Kuiper is meesterlijk in zijn beelden, een taalwonder, die het vernuft heeft om hardheid om te zetten in lyriek, zijn woorden fascineren.’