LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Bart Slijper – Elk woord ging ademhalen / Het leven van de dichter Martinus Nijhoff

2 okt, 2023

Het woord onder de griffel

door Hans Franse




Het heeft mij altijd verwonderd dat er geen samenvattende biografie van de dichter Martinus Nijhoff (1894-1953) bestond. Hij groeide in het interbellum met Slauerhoff en Marsman uit tot één van de grootse dichters uit onze literatuur, misschien wel de grootste. Maar ook voor de vernieuwende generatie van ‘50’ was hij belangrijk: Rodenko spreekt over ‘zijn hartstocht voor het woord en zijn lucide zelfkritiek maken van hem de meester naar wie men nog steeds luistert’. Gerrit Kouwenaar moest zelfs een ‘mentaliteitskloof’ construeren omdat er geen discussie over de kwaliteit mogelijk was. Hoewel er veel over hem geschreven is, is zijn schijnbaar simpele poëzie met zijn magische elementen zo veelomvattend dat niemand een samenvatting aandurfde. Bart Slijper (hij schreef biografieën over Willem Kloos en Jacques Bloem) waagde het, het leverde een compacte biografie op. Ik ben er blij mee, het biedt handvatten om deze intrigerende figuur te bestuderen en zijn beeld als mens en literator te versterken.

Slijper wil met zijn biografie ‘het beeld van de dichter verhelderen’ en hoopt daarmee dat de ‘gewone lezer’ gefascineerd wordt door zijn werk en levensloop. Slijper: ‘Nijhoff is weliswaar een dichter uit een andere tijd, maar vaak genoeg lijkt hij op gewoon iemand om ons heen’.
In mijn column over schrijversbiografieën in Meander haalde ik De Ridder aan (biograaf van Van Ostaijen) die stelde dat een biografie vier boeken tegelijk is:een levensbeschrijving, de geschiedenis van de tijd, een beschouwing over het literair werk en een roman.

De levensbeschrijving lijkt op zich niet verrassend. We weten veel over het leven van de schrijver die uit een uitgeversfamilie kwam (Uitgeverij Nijhoff). Slijper werkt de niet zo leuke jeugd van Nijhoff uit, waarbij hij uitvoerig ingaat op de godsdienstige opvattingen van de moeder (heilsoldaat) die arme kinderen tot God bracht met toneelstukjes en liedjes. Ze kon niet voor haar twee zoons zorgen. De tijd in Warnsveld bij een bekrompen onderwijzer, meester Priems (!), was niet gelukkig. Belangrijk is zijn tijd op het Haagse gymnasium waar hij naast Victor van Vriesland een andere vriend ontmoet, Willem Wery, die minstens zo belangrijk voor hem is als de briljante Van Vriesland. Hij begint te dichten en wil ‘overdonderend’ debuteren, maar Verwey (hij hoopte op publicatie in De Beweging) reageert niet. Hij zendt dan werk naar De Nieuwe Gids, Kloos reageert vaderlijk. Nijhoff kan zijn precisie en schavende werk op zijn eerste bundel De wandelaar botvieren tijdens de ledige uren als vaandrig in de Eerste Wereldoorlog.

De levensbeschrijving wordt een beschrijving van de tijd en een literaire beschouwing: zijn liefde voor Franse literatuur (Baudelaire, Verlaine, Apollinaire) is voor hem inspirerend, terwijl religieuze voorstellingen sturend zijn in zijn opvattingen over taal en poëzie. Er ontstaat een beeld van de dichter als ziener: medium van het hogere het goddelijke. Hij werkt zich als persoon weg, het gedicht is bepalend

Het huwelijk met Nettie (A.H. Nijhoff) wordt als gezinshuwelijk geen succes. Netty heeft lesbische relaties, maar ondanks hun aparte levens blijft hij altijd voor haar en hun zoon Faan zorgen en steunt haar waar hij kan. De ‘roman’ overheerst in Parijs, (met de vurige, bijna wilde verliefdheid op Emmy van Lokhorst) en zijn kennismaking met o.a. André Gide. Hij moet Le Renard van Stravinsky en L’Histoire du soldat daar hebben leren kennen. Beide werken vertaalt hij briljant. De persoonlijke brieven zijn een toevoeging. Tezelfdertijd vind ik het jammer dat Slijper niet dieper is ingegaan op de plaats van Nijhoff in de Europese stroming van die tijd. Hij erkent dit zelf in zijn slothoofdstuk; de internationale positie van Nijhoff moet nader onderzocht worden.

De bloeitijd van Nijhoff als dichter valt in het interbellum. Het hoofdstuk ‘Vormen’ in de biografie met uitleg over het tot stand komen van de bundel Vormen en het fascinerende gedicht ‘Awater’ zijn voor mij de beste. We komen steeds dichter bij de essentie van zijn werk: ‘Een dichter moet het woord zijn oorspronkelijke zeggingskracht teruggeven’ zegt hij. Vandaar dat ik de titel van de biografie ook erg mooi vind.’Vorm of vent’ is voor Nijhoff niet vanzelfsprekend een tegenstelling: hij is de man van de strakke, maar soepele vorm.

De rol van kapitein Nijhoff in de meidagen van veertig is als een inspirerend, vaderlijk officier. Zijn bescheiden, maar fundamentele bijdrage aan de overval op het bevolkingsregister, zijn werk om De Gids buiten de Kultuurkamer te houden, het voegt wat toe aan de kleurrijke persoonlijkheid. Zijn piëtistische toneelstukken De ster van Bethlehem, een Kerstspel en Des heilands tuin, een Pinksterspel, schrijft hij in de oorlog in eenvoudige rijmende taal. Het is een mooi hoofdstuk in het boek, waarin duidelijk wordt wat het stuk betekende in de tijd: het bood mensen steun. Bij de derde opvoering stond er een lange rij voor de kerk in Rotterdam. Samen met een Paasspel later gebundeld in Het heilig hout.

Mensen zijn belangrijk in het boek, zowel voor de ‘roman’ als voor de ‘literaire beschouwingen’: voor collega’s, vrienden, geliefden is hij een betrouwbare vriend. Zij beïnvloeden hem, zoals de classica Josine van Dam van Isselt uit Utrecht waarmee hij een jarenlange verhouding heeft. Zij inspireert zijn klassieke vertalingen, waaraan hij eindeloos schaaft. Nijhoff werkte zijn gedichten tot in de perfectie af. Sommige bleven maanden liggen, tot in de drukproeven werden wijzigingen opgenomen.

Na de oorlog zien we Nijhoff als de nationale figuur, geaccepteerd, adviseur van de minister, psalmvertaler, nationaal Oranjegezind dichter. Hij ontmoet (weer) in 1946 de veel jongere actrice Georgette Hagedoorn. Zij trouwen, Nijhoff ervaart een tweede jeugd. Men ziet hem met vernieuwde energie aan het werk gaan. Tot hij op 26 januari 1953 voor de deur in de Kleine Kazernestraat door de dood gegrepen wordt op 58 -jarige leeftijd, het hart geeft het op. Zijn dood is een klap. Er ging een zeer groot bewogen dichter heen, die de poëzie vernieuwde vanuit het gewone simpele woord, het woord dat hij wist te laden met kracht en bezieling.

Een mooie, zeer leesbare biografie. Er gebeurde wat ik in mijn column hoopte: ik heb het rijk geïllustreerde boek in één adem uitgelezen.
____

Bart Slijper (2023). Elk woord ging ademhalen. Het leven van de dichter Martinus Nijhoff. Uitgeverij Prometheus, 424 blz. € 39,99. ISBN 9789044635973

     Andere berichten

Jan Kleefstra – Winterflarden

Jan Kleefstra – Winterflarden

De magie van poëzie door Maurice Broere - - Op de omslag van de bundel Winterflarden staat een vage afbeelding van wat ik vermoed dat het...

Marc Terreur – Ondersteboven

Kabbelend water door Hettie Marzak - - De titel van deze debuutbundel, Ondersteboven, is op zijn kop afgedrukt en gaat vergezeld van een...

Anke Senden – Gezwommen worden

Anke Senden – Gezwommen worden

De zee zwemt verder in de dichter door Tom Veys - - In de debuutbundel Gezwommen worden waaiert zich een speelveld uit, waarin leesrijke...