Columns
Een kerkhof
Misschien zag Hans Franse het verkeerd op dat mooie Romeinse kerkhof en had de tragiek van de romantiek hem teveel beïnvloed: het hart van Shelley, de gestorven geliefde, romantische liefde, innige smart, heimwee naar Rusland, de melancholie van Anton Tsjechov, maar elke keer als hij die dodenakker achter de piramide bezoekt, staat haar beeld hem voor ogen.
Blijft het bij geklots aan de Schelde?
Ruth Lasters kreeg de Arkprijs van het Vrije Woord omwille van haar kritische houding ten aanzien van de behandeling van het beroepsonderwijs en haar verzet tegen de beknotting van de vrije meningsuiting. Alleen onafhankelijk denken kan tot een zinvol debat leiden. Haar ontslag als stadsdichteres van Antwerpen – daarin gevolgd door de vier andere stadsdichters – is meer dan een symbool.
Carla Bogaards, de bruinvisvrouw
Waarschijnlijk hoort de dichteres en prozaschrijfster Carla Bogaards ook al toe aan de groep Vergeten dichters. In 1995 ontving ze de Johnny van Doornprijs voor de gesproken letteren. Geen prijs voor haar poëzie. Dat vindt Pieter Sierdsma nogal mager. Hij is enthousiast over de stroom levendige poëzie, het talent en de overgave waarmee die geschreven is.
Verdonkeremaande poëzie
‘Ook dat is dus van alle tijden.’ Eén zinnetje uit, opnieuw, een boordevolle column van Hans Franse, dit keer met zijn verbluft kijken naar Etruskische kunst, de bloederige Etruskische opstand, een volk van hoge cultuur, het moderne uit haar beeldhouwwerk, zoekgeraakte poëzie en historie, en de prangende vraag ‘hoe kan dit alles verdwijnen?’ Zijn fascinatie wordt de onze.
De verzen van Spinvis
De verzen in een lied zijn misschien toegankelijker dan de verzen op papier. De suggestie blijft echter groot, zeker in combinatie met de prachtige muziek, de stemmen of het geluid. In die zin overlappen liedjesteksten en slam poetry elkaar. Tom Veys over de verzen van Spinvis: een zanger met een dichtersziel, een maker zoals de oorspronkelijke betekenis van poëzie het aangeeft.
‘Kijk maar rond, er is hier maar één ding gevaarlijk voor jullie, poëzie’
Dichter-diplomaat Pablo Neruda, die sinds zijn Canto General internationale vermaardheid genoot en twee jaar vóór de staatsgreep van Pinochet in 1971 de Nobelprijs voor literatuur gewonnen had, was een in het oog lopend doelwit voor de junta en werd vijftig jaar geleden vermoord. Marc Bruynseraede roept de herinnering op aan zijn weidse, gevoelige poëzie, de schoonheid van zijn verzen.
Woordschurft
‘Reclame is woordschurft en toxisch.’ Aan het woord is Jozef Deleu in een interview door Hans Puper. Het interview bleef door het hoofd van Rogier de Jong spoken en hij dacht aan Willem Elsschot die bij een ‘advertentiebureau’ werkte en in ‘Lijmen’ beschrijft hoe zijn alter ego zich staande moet houden in de wereld van ronkende loftuitingen die reclame heet.
Kijk eens hoe onverstaanbaar
De werkelijkheid kan het begrip van poëzie in de weg staan, merkte Jan Loogman. Het binnensmonds spreken bijvoorbeeld, een weinig innemend uiterlijk of het vermoeid zijn van kijker en luisteraar. Met deelnemers aan een schrijfweek zag hij de documentaire over Gerrit Kouwenaar, ‘Totaal witte kamer’. Hoe zinvol is het kennis te hebben van de concrete feiten in het leven van de dichter?
Kennis in de poëzie - weten wij veel?
Kun je je laten verrassen als je veel kennis hebt? Deze column van Willem Tjebbe Oostenbrink gaat over weten en zich laten verrassen bij het lezen van gedichten. Hoe verhouden zich die twee zaken tot elkaar? Beantwoording van deze vragen leidde tot een zoektocht naar kennis in de poëzie en jurering van gedichten.