LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Interviews

Een stofje langs de weg
Een stofje langs de weg
Dianne Soeters (Maastricht, 1961) debuteerde in 2007 met de dichtbundel Het water zingt (Hernia & Co, Maastricht). In 2008 verscheen bij dezelfde uitgever haar tweede bundel Wat blijven zal, maakt ademloos. De bundel werd gerecenseerd door Remko Ekkers in de Poëziekrant nr.4, 2009. Dianne schreef ook een tweewoordengedicht 'Beweging verankerd' in opdracht van de gemeente Maastricht, ter gelegenheid van de restauratie van de eerste boog van de Servaasbrug. De woorden werden in messing vastgelegd in het voetpad onder de eerste boog aan de Kesselskade aldaar.
'Er is zoveel nog om uit te proberen'
'Er is zoveel nog om uit te proberen'
Krijn Peter Hesselink (1976) begon zijn loopbaan als dichter met succesvolle optredens bij poetry slams. In maart 2008 debuteerde hij bij uitgeverij Nieuw Amsterdam met de bundel Als geen ander. Eind 2009 verscheen Stil alarm. Het afgelopen jaar verscheen een interview met Krijn Peter in deze rubriek. Het verschijnen van zijn derde bundel De uitputting voorbij, op 12 januari bij uitgeverij Nieuw Amsterdam, plus de publicatie van drie nieuwe gedichten, was voor ons aanleiding om deze dichter nogmaals aan de tand te voelen.
Open podium
Open podium
Open podium (vervolg)
Open podium (vervolg)
'Woorden die zichzelf in zand uitstrooiden'
'Woorden die zichzelf in zand uitstrooiden'
Trijntje Gosker woont in Zwolle. Ze is contactpersoon van het Zwols dichterscollectief en heel actief in het Filosofisch Café Zwolle. Maar ook in het literaire leven van onze andere noordelijke provincies kom je haar regelmatig tegen.
'Een permanente staat van alertheid'
'Een permanente staat van alertheid'
Anthony Callens (1974) is een geboren West-Vlaming, maar woont en werkt in Brussel. Hij heeft nog niet eerder gepubliceerd, maar was in 2005 laureaat van de poëziewedstrijd Zot van de Zenne en de gedichtenwedstrijd van de gemeente Elsene. Van deze wedstrijden verschenen gelegenheidsbundels. Zijn eerste creatieve stappen zette hij in de schilderkunst. Pas later is hij ook poëzie gaan schrijven.
De draad tussen hand en gedachte – over de poëzie van Tone Hødnebø
De draad tussen hand en gedachte – over de poëzie van Tone Hødnebø
Op verzoek van Meander presenteert Roald van Elswijk opnieuw een interessante dichter uit Scandinavië: Tone Hødnebø. Van Elswijk (1974) studeerde Scandinavistiek en Oudgermaans in Groningen en werkt aan een proefschrift over de receptie van 19-eeuwse Scandinavische literatuur in de Nederlanden. In 2007 publiceerde hij samen met K. Middel de bloemlezing Moordliederen. Moderne IJslandse poëzie en een jaar later een bundel met acht Faerøerse dichters, Windvlinders.
Joris Lenstra over Nadorst, Poëzie en Oscar Wilde
Joris Lenstra over Nadorst, Poëzie en Oscar Wilde
Joris Lenstra studeerde literatuurwetenschappen. Na een verblijf in Londen, woont en werkt hij nu in Rotterdam. Hij is liefhebber en vertaler van poëten als Walt Whitman, Allen Ginsberg, Dylan Thomas en Hart Crane. Hij is voorzitter van Nadorst, een stichting die kunstzinnige en literaire activiteiten organiseert in Rotterdam en onder de naam Uitgeverij Nadorst literatuur uitgeeft. In het verleden heeft hij de essayreeks ‘Lees maar…’ voor Meander geschreven. Daarnaast was hij in 2007 de initiatiefnemer van het poëziepodium Ongehoord!, dat als stichting zelfstandig verder is gegaan. Op dit podium treedt steeds een dichter van Meander op.
Poëzie zonder rafelrand
Poëzie zonder rafelrand
Jan de Bruyn (1959) publiceerde onlangs in Het Liegend Konijn, een van de belangwekkendste poëzietijdschriften in het Nederlands taalgebied. Zijn publicatie kwam in die zin uit de lucht vallen, dat De Bruyn een relatief onbekende figuur in de poëziewereld is. Tijd om deze dichter van sprookjes nader te introduceren. Hoe kwam je publicatie in Het Liegend Konijn tot stand? Tijdens de zomer verschenen een aantal van mijn gedichten in De Brakke Hond en Gierik/NVT. Ik beschikte over voldoende materiaal en dacht dat de tijd rijp was om ook Het Liegend Konijn aan te schrijven. Meestal moet je geduld hebben voor je uitsluitsel krijgt, maar tot mijn niet geringe verbazing ...