Meandermagazine
het virus
Dichters uit de regio Nijmegen houden elkaar scherp en steken elkaar en ons aan – we hebben het over een ander virus, maakt u zich geen zorgen. Poëzie is redelijk onschuldig, houdt ons juist op de been. Deze bijdrage ontstond na de afspraak om ‘winterbanden en het weerbericht’ te verwoorden, benieuwd wat er de volgende maand op de agenda staat in Nijmegen.
Jan H. Mysjkin – De stilte van een verdronken hond
In ‘De stilte van een verdronken hond’ presenteert vertaler Jan H. Mysjkin het werk van twaalf contemporaine Roemeense dichters. Geert Zomer proeft een hoge mate van urgentie in het werk van deze dichters: ‘een intrigerende bloemlezing van twaalf dichters uit een verscheurd land. Jan Mysjkin schetst in zijn inleiding de recente geschiedenis van Roemenië en introduceert elke dichter uitvoerig.’
Prins
In zijn eerste Meandercolumn denkt Karel Wasch aan een prachtige dood samen met de beste vertaalster van Nederland en de Prins der Dichters maar er was iets serieuzers, de vraag of hij ‘verzen maken een leuke bezigheid’ vindt? Na het antwoord klinkt het ‘Daas jammèr! Ik heb het vervaardigen, uhm van verzen, altijd afschuwelijk gevonden, een vloek! Én… een zegèn.’
Paul Hautmans
Paul Hautmans schrijft gedichten om de complexe werkelijkheid waarin we leven enigszins te kunnen bevatten en draaglijk te maken. Hij onthult ons de bron van poëzie in troostrijke, soms bevreemdende maar oplichtende zinnen zodat je alleen maar ook “zo’n hart wel zou willen”, o en ietsje meer graag.
Esmé van den Boom - Eigen kamers
Esmé van den Boom interviewde tientallen vrouwen over hun wensen, angsten en toekomstdromen. In haar debuutbundel ‘Eigen kamers’ wordt de inhoud van die gesprekken op indringende wijze gestalte gegeven in gedichten. Recensent Inge Bak: 'Het zijn stuk voor stuk inkijkjes in de hoofden en levens van verschillende vrouwen. De taal laat zich in alle toonaarden zien met zeer tot de verbeelding sprekende zinnen. De dichter laat je heel dichtbij komen. Dat maakt het tot een intieme en waarachtige bundel.'
"het is handig dat ik een bepaalde afwijking heb"
In de serie ‘gesprekken met Meandermedewerkers’ het drieëntwintigste gesprek, met Alja Spaan. Zij ziet literatuur, en kunst in het algemeen, als troost in het leven. Haar dagelijks schrijven is rond haar elfde vanzelfsprekend geworden; ze noemt zich schrijver, geen dichter. Een van de leukste dingen die ze doet, is het wekelijks voorlezen van een groep ouderen.