Recensies
Carl de Stryker & Yves T’Sjoen (red.) - Leonard Nolens Handboek
Herbert Mouwen over het ‘Leonard Nolens Handboek’ onder redactie van Carl de Stryker & Yves T’Sjoen: ‘Het ‘Handboek’ over het werk van de dichter Leonard Nolens voorziet in een behoefte. Het draagt bij aan het toegankelijk maken van zijn oeuvre, zeker voor lezers die niet letterkundig geschoold zijn. De 29 artikelen die in dit boek zijn opgenomen, bespreken alle uitgegeven bundels (en dagboeken) van Nolens van zijn inmiddels al vijftig jaar durende dichterschap.’ Het is een interessant en rijk boek.
Lucien Custers - Alleen in wervelende wereld. Het leven van Johan Andreas dèr Mouw [1863 - 1919]
Hans Puper: ‘Lucien Custers heeft het zich niet gemakkelijk gemaakt met zijn biografie ‘Alleen in wervelende wereld’ van Johan Andreas dèr Mouw (1863 – 1919), niet alleen omdat deze pas zeven jaar voor zijn dood dichter werd, maar ook omdat veel levensfeiten niet meer te achterhalen of op juistheid te controleren zijn.’ Toch is hij boeiend: ‘Ik denk dat Custers met deze biografie (…) een belangrijke bijdrage heeft geleverd aan een hernieuwde belangstelling voor Dèr Mouw.’
Janus Lernutius - Kussen uit Brugge. Vertaling uit het Latijn door Tom Ingelbrecht.
‘Kussen uit Brugge’ is een door Tom Ingelbrecht uit het Latijn vertaalde bundel liefdeslyriek van Janus Lernutius (1545 - 1619). Joop de Vries is onder de indruk: ‘[Het] is een staaltje van hogeschool - vertaalkunst. Niet alleen [Ingelbrechts] kennis van het Latijnse lexicon, de grammatica en vormleer, maar ook zijn creatieve omzettingen in aantrekkelijk en fraai Nederlands maken deze bundel heel leesbaar en genietenswaardig.’
Michel Bartosik – Berichten uit het sorteercentrum
Vijf jaar lang schreef de Belgische dichter en criticus Michel Bartosik (1948 - 2008) essays in de Poëziekrant onder de titel ‘Berichten uit het sorteercentrum’. Tien jaar na zijn dood verschijnt een bundeling van deze bijzondere en vaak diepgravende verhandelingen. Peter Vermaat zag zich voor de opgave gesteld: hoe recenseer ik zo’n gevarieerde verzameling essays? Het resultaat is een alleszins lezenswaardige recensie, misschien wel een essay op zich.
Rob Zweedijk - hoe verder geen punt
Maurice Broere vindt ‘hoe verder geen punt’ van Rob Zweedijk een fascinerend debuut. Hij zoekt enerzijds woorden voor wat zich nauwelijks laat omschrijven en maakt daar anderzijds geen punt van. ‘Opvallend is dat er naast alle leestekens en hoofdletters veel (werk)woorden zijn weggelaten, waardoor de taal erg compact wordt en de lezer hard moet werken om de essentie te doorgronden.’
Poëzie Kort 2018 / 3
In ‘Poëzie Kort 2018 / 3’ recensies over ‘Toverdrankjes voor geluk’ van Hein Heijnen & Merik van der Torren door Lennert Ras, ‘Kitaar my kruis’ van Adam Small door onze Zuid-Afrikaanse recensente Yolandi de Beer, ‘Hotel Vanilla Sweet’ van Mark van der Schaaf en een mooie vertaling van ‘Het leven in Rome’ door Horatius. De laatste twee recensies werden geschreven door Hans Puper.
Hedwig Speliers, Peter Theunynk, Lies van Gasse e.a. - Kanten Stad
Hans Franse heeft goede persoonlijke herinneringen aan Brugge en daarom wilde juist hij de bundel ‘Kanten stad’ van Hedwig Speliers, Peter Theunynk, Lies van Gasse, Marcus Cumberlege en Herman Leenders bespreken: ‘vijf vrije stadsdichters’. De laatste vrije dichter was Anthonis de Roovere (1430 – 1482). Vijf dichters toonden zich waardige opvolgers.
René van Loenen – Veertig vrouwen uit de Bijbel
In ‘Veertig vrouwen uit de Bijbel’ brengt René van Loenen vrijwel alle vrouwelijke personages uit de Bijbel voor het voetlicht. Veertig is niet veel, slechts een fractie van het aantal mannen. In die zin is dit misschien wel een emancipatoire bundel. Recensent Peter Vermaat las meer een ‘berijming’ van het Bijbels materiaal dan authentieke poëzie: ‘De lezers voor wie Van Loenen schrijft, lijken vooral kerkelijken en kerkelijk geïnteresseerden te zijn en waarschijnlijk in veel mindere mate literair geïnteresseerden.’
Anton van Wilderode - Weemoed mijn wereld. Honderd gedichten
Johan Reijmerink over ‘Weemoed mijn wereld’: Anton van Wilderode (1918-1998), pseudoniem van Cyriel Coupé, was een Vlaams dichter en priester-leraar, classicus en vertaler, tekstschrijver en gevierd spreker (…) [Hij] is een dichter van de verinnerlijking en eenzaamheid. Hij is in staat ‘achter de dingen te kijken’. De roeping die daarvan uitgaat, heeft hij op vele plaatsen in zijn poëzie verbeeld. Deze keuze zet hem in het spanningsveld van eenzaamheid en gemeenzaamheid.