Recensies
Jan-Paul Rosenberg - Laatste foto van de vrede
‘Laatste foto van de vrede’ is het debuut van Jan-Paul Rosenberg. Met het gelijknamige gedicht won hij in 2018 De Gedichtenwedstrijd, destijds nog De Turing geheten. Peter Vermaat is na het lezen van dit debuut overtuigd van het gerijpte talent van deze dichter. De sfeer roept soms zelfs Gerrit Achterberg op. Toch ook een punt van kritiek: ‘Rosenberg laat zich op plekken soms iets teveel dobberen op de golfjes van de huidigheid, met de inmiddels bijna obligate omineuze optredens van beeldschermen, algoritmen en robotisering.’
Elly de Waard - Meestal tussen bomen
In de twintigste dichtbundel van Elly de Waard, ‘Meestal tussen bomen’, vindt recensent Herbert Mouwen gedichten die traditioneel en zelfs klassiek van vorm zijn, maar weinig verrassend te noemen zijn. ‘De bundel van De Waard is zeker de moeite van het lezen waard, al zal de kritiek van lezers kunnen zijn dat de thematiek van haar gedichten niet vernieuwend is en dat deze geen aansluiting vindt bij de poëzie van deze tijd.’
Wendela de Vos – Niet mijn huis
Aan de bundel ‘Niet mijn huis’ van Wendela de Vos ligt een persoonlijke geschiedenis ten grondslag. Het handelt om het huis van haar moeder in Frankrijk waar zij jarenlang de zomers doorbracht. Paul Roelofsen is zelf bekend met het hebben van een huis in Frankrijk en vindt de inhoud van de bundel een feest van herkenning met poëtische hoogtepunten. Hij noemt het: ‘een ontroerende bundel’.
Jonas Bruyneel - Broedland
In de bundel ‘Broedland’ van Jonas Bruyneel beschrijft hij de plekken waar hij is geweest en waar hij naar terugverlangt. En hoewel de titels van de afdelingen veelbelovend zijn blijven de gedichten op afstand, volgens Wim Platvoet. ‘Hij wil mij als lezer deelgenoot maken van zijn ervaring. Bij mij komt dat helaas niet aan: ik blijf buiten de ervaring en buiten de plaats staan, ik blijf op een afstand naar de zinnen en naar de plaats kijken. Ik lees woorden en regels die vreemd voor mij blijven.’
Erik-Jan Hummel - Binnen Blijven
Peter Vermaat bespreekt de debuutbundel ‘Binnen blijven’ van Erik-Jan Hummel. Een consistente bundel met veel verwijzingen naar de literatuur. ‘’Zonder twijfel komt uit de gedichten een dichter naar voren die bij voorkeur ‘binnen blijft’, die niets heeft met ‘buitenspelen’ en voor wie het betreden van de achtertuin al aanvoelt als een avontuur.’’ Maar heeft de dichter zich al voldoende bij de kladden om op eigen kracht dieper af te dalen in zijn eigen donkere krochten?
Liesbeth Aerts - Gletsjertongen
Hettie Marzak ziet in Liesbeth Aerts een dichter met hart voor haar leerlingen en ze wenst elke leerling zo'n lerares. In de bundel 'Gletsjertongen' vindt Marzak een dichter die 'geen moeite heeft zich in te leven in elk van haar leerlingen' en die 'een goed oog en een goed hart heeft voor haar leerlingen, zowel in groepen als individueel.'
mspyx - Corvid Corone
In de bundel Corvid Corone van mspyx gaat het over de rouw die je voelt wanneer een liefdesrelatie ten einde is. Hans Franse worstelt met de poëzie omdat de emotie te veel de overhand neemt: ‘De gedichten zijn kreten, woede-uitbarstingen, constateringen, die soms heel ver gaan. Een bundel waarvan veel poëzie balanceert op de rand van therapie, m.i. er zelfs overheen gaat, maar waarbij regels en hele gedichten zijn opgenomen die mooi zijn en ontroeren.’
Herlinda Vekemans - Appelblauwzeegroen
Ivan Sacharov bespreekt de nieuwste bundel van Herlinda Vekemans met de intrigerende titel ‘Appelblauwzeegroen’ en gaat op zoek naar de betekenis ervan. Hoe brengen we deze kleur thuis? De vraag ‘wie zijn wij’ staat centraal ‘De dichter heeft een verfijnde geest. Ze heeft oog voor details, het minutieuze, maar ook voor het gigantisch grote. Een gave. Het maakt haar poëzie zeer bijzonder, geeft er een aparte smaak aan.’
Tsead Bruinja – Ynbêde/Ingebed
Maurice Broere heft genoten van ‘Ynbêde/Ingebed’ de nieuwste bundel van Tsead Bruinja: ‘Een bijzonder mooie bundel met een gevarieerde inhoud: natuur met name het Friese landschap, vriendschap opgetekend aan de hand van ontmoetingen met twee oude mannen en natuurlijk liefde die verdwijnt en ontstaat. Gedichten zonder vaste strofe-indeling, gelijke regellengte en eindrijm, maar die klinken als een klok met een inspirerende inhoud, die je op een prettige manier aan het denken zet.’