Recensies
Saya Yasmine Amores - Het verdriet van de fluit
Geert Zomer bespreekt de bundel ‘Het verdriet van de fluit ’van Saya Yasmine Amores: ‘Het is beschrijvende, vaak schrijnende tweetalige, poëzie. Ieder tweetalig gedicht spiegelt op haar beurt het innerlijk van de dichter. De dichteres lijkt verwikkeld in een spel tussen afstand en nabijheid, welke overbrugd wordt door verlangen, maar ook door boosheid, blijheid, angst, verdriet en pijn.’
Lamia Makaddam - Je zult me vinden in elk woord dat ik schrijf
Hettie Marzak over de bundel 'Je zult me vinden in elk woord dat ik schrijf' van Lamia Makaddam: 'De gedichten in deze bundel zijn niet bedacht, niet geschreven met een pen die steeds weer schrapt. Deze gedichten moeten direct in het hart zijn opgeweld en rechtstreeks op papier gezet, zonder doorhalingen of correcties, zo ongeveer op de manier waarop Mozart volgens de overlevering zijn muziek noteerde. Het zijn gedichten over liefde, lichamen, vrouw-zijn. Hier is een vrouw aan het woord die ongeremd het leven zelf bezingt.'
Hubert van Herreweghen - Verzamelde Gedichten
Recensent Kamiel Choi vindt ‘Verzamelde gedichten’ van Hubert van Herreweghen een buitengewone, zorgvuldig samengestelde bundel: ‘’De verzamelde werken van de ‘nestor van de Vlaamse poëzie’ Hubert van Herreweghen is een dikke pil van 976 bladzijden. Voor literatuurliefhebbers vooral interessant om de ontwikkeling die van Herreweghen heeft doorgemaakt in 72 jaar. Dit is een dichter die veel meer bekendheid in Nederland verdient.''
Heidi Koren - Wie dit leest is gek
Een lyrisch ik, dat zorgvuldig is ontdaan van emotie, neemt het dagelijkse leven waar
in de bundel ‘Wie dit leest is gek’ van Heidi Koren. Recensent Peter Vermaat: ‘Hier lijkt een dichter aan het woord die vooral wil voorkomen dat haar taal als poëzie herkend wordt. De klanksuggestie en de variatie in betekenis die de lezer op het verkeerde been zet, ik kan ze in deze bundel niet aanwijzen. De lezer mocht eens willen herlezen wat er niet staan mag. Die is gek.’
Herman Leenders - Overstekend wild
'Overstekend wild’ zorgt ervoor dat er een grotere alertheid van ons mag worden verwacht voor wat zich onverwacht aan ons kan voordoen, vindt Johan Reijmerink in zijn bespreking van de gelijknamige bundel van Herman Leenders. 'Blijkbaar kunnen we ervaren dat zich op ongelegen momenten ervaringen kunnen voordoen, waarbij wij zwijgend op zoek [zijn] naar ontroering.’
Mark Meekers – Slagwerk
Maurice Broere dook in de bundel ‘Slagwerk, een kleine coronasuite’ van Mark Meekers: ‘Alle thema’s die wereldwijd een rol spelen komen in de bundel langs: eenzaamheid, huidhonger, angst, onzekerheid, ouderen, kwetsbaren, de overbelaste zorg, contact, afstand, heimwee. Ook de positieve kanten van de periode komen aan bod. Er is meer oog voor natuur. Er komt wel een heel aardig beeld van een heel unieke periode in naar voren met alle bijbehorende emoties.’
Maria de Groot - Het donkere hart van de zonnebloem
De bundel ‘Het donkere hart van de zonnebloem’ van Maria de Groot ziet recensent Hettie Marzak als een verborgen juweel: ’De Groot verbindt het daagse met het eeuwige, het lagere met het hogere, met een eigen symboliek, een sterk ritme en eindrijm en een mooie taalplastiek. Herlezing is aan te raden; dan ontsluiten sommige gedichten zich zoals een zonnebloem dat doet.’
Alain Delmotte - Warhoofds leerdichten 2
Marc Bruynseraede bespreekt ‘Warhoofds leerdichten 2’ van Alain Delmotte: ‘Stilte en Licht hebben zovele dichters en beeldende kunstenaars vóór Delmotte reeds geïnspireerd. Zijn bespiegelingen brengen ons naar de diepten van introspectie, naar de onderliggende lagen van ons denken, voorbij alle materiële en futiele beslommeringen des levens. Ik denk dat het het diepzinnigste is wat Alain Delmotte reeds geschreven heeft.’
Annemarie Estor - De bruidsvlucht
Om deelgenoot te kunnen worden van de bundel ‘De bruidsvlucht’ van Annemarie Estor moeten wel enkele flinke stappen gezet worden, volgens recensent Herbert Mouwen: ‘De gedichten van Estor zijn inderdaad gesloten en weinig toegankelijk, ze stellen hoge eisen aan de lezer om ze te begrijpen. De gedichten kunnen ook gezien worden als een vorm van poëtische vertelkunst. Allerlei aardse zaken worden in een kosmische en mythische context gepresenteerd.’