Archief
Ivo van Strijtem - Iedereen dichter! Poëzie is een manier van leven
De bundel opstellen 'Iedereen dichter! Poëzie is een manier van leven' van Ivo van Strijtem is bedoeld om de poëzie af te helpen van het imago van wereldvreemd, moeilijk en nutteloos. Dat lukt niet op deze manier, aldus Ernst Jan Peters. De onmogelijke associaties bereiken het tegendeel.
Poëzie moet helemaal niets
Jaap van den Born (Nijmegen, 1951) is een Nederlandse dichter en illustrator. Als dichter debuteerde hij in 2005 met de bundel 2000 jaren Nijmegenaren, gevolgd door Drs. P revisé, dat hij samen met Drs. P schreef. Van zijn hand zijn inmiddels achttien (papieren) bundels verschenen en ruim tien e-books.
In 2012 werd zijn gehele oeuvre bekroond met de Kees Stip-prijs. Jaap van den Born is hoofdredacteur van Het vrije vers dat in 2008 werd opgericht door dichter Quirien van Haelen. Filosofie, wetenschap en geschiedenis zijn belangrijke thema’s in zijn werk.
Gedichten Jaap van den Born
Xavier Roelens - Onze kinderjaren
Xavier Roelens verwerkte in ‘Onze kinderjaren’ de prilste herinneringen van 365 mensen. Het is, in de woorden van de dichter, democratische open-source-literatuur. Maar, schrijft Joop de Vries, door zijn voor de gemiddelde lezer onnavolgbare woordenstroom ‘is zijn poëzie te veel kunstpoëzie: grotendeels hermetisch afgesloten teksten waarvan juist het volk verstoken blijft.’
Hugo Verstraeten
Hugo Verstraeten (Dendermonde, 1954), docent, schrijver, essayist, schilder, (hoofd)redacteur van het literair tijdschrift Dighter, publiceerde twee bundels waarvan de laatste in 1997 onder de titel Verzamelde gedichten.
Jozef Deleu (samenstelling) - Het Liegend Konijn 2018 1
Jozef Deleu pleit voor een zeer kritische houding tegenover dichters, want ‘poëzie of wat ervoor door wil gaan [surft] al te vaak [mee] op het modieuze gebabbel van commentatoren die via haar parafrases of slappe performances van haar dubbele bodem en diepgang ontdoen.’ Hij heeft gelijk, maar gelukkig verschijnt er ook veel goede poëzie: Deleu laat het in zijn bloemlezing opnieuw zien. (Hans Puper)
Jeroen Dera en Carl De Strycker (red.) - Bundels van het nieuwe millennium
‘Bundels van het nieuwe millennium’ onder redactie van Jeroen Dera en Carl De Strycker is een tweede deel met essays over de Nederlandse en Vlaamse poëzie in de 21e eeuw. Stonden in het eerste deel de nieuwe dichters centraal, in deze gaat het om de bundels die verschenen, ook van dichters uit het vorige millennium. Ernst Jan Peters vindt het goed dat het niet alleen diepgaande opstellen zijn geworden, maar dat ook de beginnende lezer wordt meegenomen bij de uitleg over het bijzondere van de gekozen bundels.
Young Poets
De lentewedstrijd van Young Poets met thema 'Vriendschap' heeft prachtig werk opgeleverd!
Annemarie Estor - Niemandslandnacht
In ‘Niemandslandnacht’ is weinig echt wat het lijkt. De stad Orb-e-Grout is in tweeën gesneden. Niemand mag van Orb naar Grout of omgekeerd. En natuurlijk gebeurt dat wel, want op papier is alles mogelijk. Het resultaat is een spannende, cultuurkritische, absurdistische en onheilspellende vertelling in gedichten. Het verleidt recensent Eric van Loo tot een verrassende conclusie: ‘Annemarie Estor is een dichter van de buitencategorie’.
Gedichten Frank Pollet
'Een dichtbundel is een soort inventaris'
Frank Pollet (1959) schrijft en publiceert. Gedichten, kinderboeken, educatieve werken. Hij is getrouwd met kinderboekenschrijfster Moniek Vermeulen, met wie hij samen de hoofdredactie vormt van Klap, een actuamagazine voor 8-9-jarigen.
Edwin de Groot - Zelfs een Tibetaan belandt uiteindelijk in zee
Na een aantal Friestalige bundels brengt dichter Edwin de Groot zijn vierde bundel, oorspronkelijk ‘Sels in Tibetaan belânet op it lêst yn see’ geheten, nu ook in het Nederlands uit. Recensent Hans Franse is enthousiast: ‘een authentiek geluid in beeldend Nederlands’, ‘getuigt van de hoge kwaliteit van de Friese poëzie’. Hij vindt het jammer dat het geen tweetalige uitgave geworden is, en maakt dit goed door het titelgedicht in het Nederlands én het Fries weer te geven.
Gerrit Komrij - Alle gedichten
Herbert Mouwen over ‘Alle gedichten’ van Komrij: ‘De poëzie van Gerrit Komrij komt over als vormvast en is ogenschijnlijk toegankelijk, op het eerste gezicht in ieder geval niet hermetisch, hoewel ik als lezer voorzichtig blijf met deze vaststelling.’ Hij was niet iemand die wachtte op inspiratie: ‘Komrij bouwt zijn gedichten woord voor woord en regel voor regel op. Niet voor niets had hij veel belangstelling voor architectuur en heeft hij daarover met de nodige kritiek op de hedendaagse bouwkunst gepubliceerd.’
Michaël Slory - Alsof men alles loslaat
Voor de Surinaamse dichter Michaël Slory is alles poëzie. Hans Franse over de bloemlezing ‘Alsof men alles loslaat’: ‘Er is niet één alles doordringend poëtisch thema dat de bundel bepaalt, maar het is de hele wereld. (…) Hij schrijft in het Nederlands, Spaans, Engels en Sranantongo.’ Er zijn weinig dichters voor wie ‘leven, werkelijkheid en taal zo’n naadloos continuüm vormen’.
Geert Briers
Geert Briers (1964) werkt en organiseert in het boekenvak. Voor zijn professionele dagtaak betekent dit de organisatie van congressen en evenementen voor Boek.be , waarbij de Boekenbeurs het meest in het oog springt.
Sinds 2012 schrijft en publiceert hij gedichten & performt op literaire podia of in literaire salons, privé bij mensen thuis.
Christiaan Abbing
Christiaan Abbing (1984) is stadsdichter van Veenendaal. Hij is getrouwd en vader van twee dochters. Naast deze erebanen is hij teamleider/groepsleerkracht in het primair onderwijs.
Emma Crebolder - Opsnuiven
‘Opsnuiven’ van Emma Crebolder is een bundel over geursensaties die oude tijden doen herleven. Maurice Broere: ‘Eigenlijk komen alle romantische motieven voor: het verleden, verre vreemde oorden, de natuur, nostalgie. (…) Ik betrapte me erop dat ik me meer bewust geworden ben van de geuren om me heen, een sensatie die ik toch een beetje verwaarloosde. Een compliment voor de dichteres als je door woorden iemand aan het ruiken kan krijgen.’
Theo Mestrum - Nachtwaken
Wanneer recensent Peter Vermaat op de achterflap leest, dat ‘Nachtwaken’ voornamelijk in de kleine uurtjes ontstaan is, onder het luisteren naar romantische en eigentijdse klassieke muziek, blijft hij nieuwsgierig. De opmerking ‘Taal is een schromelijk overschat instrument’ ervaart hij niet echt als een aanbeveling om deze bundel van Theo Mestrum eens lekker open te slaan. Lees wat hij ontdekte: banaliteiten, rijmdwang, bombast en onbedoelde humor.
Jos van Daanen - De schoonspringer
‘De schoonspringer’ van Jos van Daanen beschrijft de val, nee de sprong, van de hoofdpersoon, van een flatgebouw van 23 verdiepingen, waarbij ‘de film van zijn leven’ aan hem voorbijtrekt. Een complexe tekst met hyperlinks, waarmee tijdens het lezen van het grotere geheel de dichter via een terzijde de lezer in het oor fluistert. Recensent Peter Vermaat: “‘De schoonspringer’ is minder een compositie dan een improvisatie, en dat is tegelijkertijd zijn zwakte en zijn kracht.”
Gedichten Els Moors
Het is een visionair project
Els Moors is geboren in Poperinge, 1976. Ze debuteerde in 2006 met de poëziebundel 'Er hangt een hoge lucht boven ons', bekroond met de Herman de Coninckprijs. Ze ontving de J.C. Bloemprijs voor 'Liederen van een kapseizend paard' (het balanseer/Nieuw Amsterdam, 2013). Naast docent creatief schrijven is ze ook redacteur van het literaire tijdschrift nY.
Jeanet van Omme - Ik en het gedicht
Hoe begin je een gedicht? Herschrijven, hoe werkt dat? Wanneer besluit je dat een gedicht af is? Interessante vragen over het schrijven van poëzie die schrijfdocent Jeanet van Omme aan drie bij haar Schrijfatelier betrokken auteurs (Sasja Janssen, Floor Buschenhenke en Anne van Amstel) voorlegt. Recensent Eric van Loo heeft het met plezier gelezen, maar signaleert in de gesprekken ook een weinig kritische benadering.
Annemie Deckmyn - Alles gebeurt onderweg
Romain John van de Maele over het debuut ‘Alles gebeurt onderweg’ van Annemie Deckmyn: ‘De bundel is beslist een aanwinst, nu de podiumpoëzie hoge toppen scheert. Niet het effect van de woorden, maar de verborgen laag van de zegging staat voorop in het werk van Annemie Deckmyn, en dat is een kwaliteit die ik ten zeerste waardeer.’
Ingrid Jonker - Ik herhaal je
Het is niet gebruikelijk om herdrukken te recenseren, maar voor ‘Ik herhaal je’ van Ingrid Jonker maakte Hans Puper een uitzondering. De aandacht gaat vooral naar het autobiografische karakter van haar gedichten en minder naar de vorm, waarin ze een meester was. ‘Dat beleef je pas echt als je de gedichten in het Afrikaans leest (de bundel is gelukkig tweetalig), want, met alle respect, in de vertaling van Komrij gaat veel verloren.’