LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Columns

Een wonderkind én een total loss – Delmore Schwartz’ gevecht met de beer
Een wonderkind én een total loss – Delmore Schwartz’ gevecht met de beer
De hedendaagse poëzie heeft meer aan Delmore Schwartz te danken dan je zou denken. Rogier de Jong schetst een beeld van deze poète maudit. Schwartz’ gedichten zijn boeiend, verontrustend, scherpzinnig opgebouwd en getoonzet in een wervelende stijl die soms het randje van het theatrale opzoekt. Wat onze columnist vooral bewondert is daarin de verschuiving van het algemene naar het persoonlijke.
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (29)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (29)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het negenentwintigste antwoord komt van Monique Wilmer.
‘Ik hou van jou, maar je ziet me niet’
‘Ik hou van jou, maar je ziet me niet’
Antjie Krog stelt in een interview met Hester van Hasselt dat dichters technisch gezien al eeuwenlang hetzelfde vertellen, namelijk ‘Ik hou van jou, maar jij ziet me niet.’ Jonge dichters en kunstenaars moeten ontdekken hoe dat nog niet is gezegd of uitgebeeld, anders kunnen ze net zo goed stoppen. Is dat ene thema niet wat beperkt? De nieuwe column van Hans Puper.
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (28)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (28)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het achtentwintigste antwoord komt van Marc Eyck.
Kerstcadeau
Kerstcadeau
Hoewel Hans Franse heel gelukkig is in Italië, blijft Frankrijk toch zijn eerste grote liefde. In deze nostalgische column gaat hij terug met behulp van die verrukkelijke poëzie van Jacques Prévert, in een speels Frans, bedekt met een laagje surrealisme, gemengd met realisme, verpakt in een taalspel. Verliefd op Juliette Gréco, ze zong alleen voor hem, dacht hij.
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (27)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (27)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het zevenentwintigste antwoord komt van Rogier de Jong.
Literaire herinneringen aan Groningen (3)
Literaire herinneringen aan Groningen (3)
Voor wie het nog niet wist: de stad Groningen heeft een rijk literair verleden. Vasalis, Belcampo, Waskowski, De Vries…Hermans, Kopland, Van Wissen, Rawie… al deze namen en nog veel meer zijn verbonden met de Martinistad waarin dichter, columnist Rogier de Jong geboren en opgegroeid is. Het laatste deel van een drieluik over zijn literaire herinneringen aan de stad Groningen.
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (26)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (26)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het zesentwintigste antwoord komt van Yvonne Broekmans.
Speelkwartier in kwade tijden
Speelkwartier in kwade tijden
Als poëzie spelen met taal is, kan de vraag gesteld worden of dit wel een tijd voor poëzie is. Wie doet er in crisistijden aan speelkwartier? Jan Loogman over Orwell die schrijft “In vreedzame tijden zouden vooral esthetische motieven mijn schrijven bepaald hebben.” In de tijd waarin hij feitelijk leefde, kon hij zich deze luxe niet veroorloven. Toch toont hij vooral in zijn columns vrolijke speelsheid.