LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Gedichten

Enno de Witt
Enno de Witt
Enno de Witt moest zijn ideeën en fantasieën als dichter herschrijven. Na schrappen en witregels invoegen werd de poëzie evenwichtig, toegankelijk, herkenbaar. Poëzie is een onvermijdelijkheid, zegt hij en zo botste hij tegen ons aan, wierp ons omver. En als poëzie dan helemaal geen functie, doel of nut heeft en al helemaal niet maatschappelijk is, blijft dit over.
Petra Sips
Petra Sips
Petra Sips maakt duidelijke, compacte gedichten. Als Vlaamse scherpt zij haar liefde voor het Nederlands aan. Krachtig zet zij amazones neer, witte kruizen, klokken, kinderen, omstandigheden, gebeurtenissen, details. Of zij nu veters strikt, draden spant, pennen drijft, ze bereikt de overkant. Haar poëzie is als ‘Het brood op de stoep. De stroop aan het mes de kruimels erin.’
Richard Klapwijk
Richard Klapwijk
De zintuiglijke manier waarop Richard Klapwijk schrijft, sober, rustig, mild, levert zinnen van een grote schoonheid op als ‘De biddende valk boven het lege land’. Hij verrast en prikkelt, kijkt goed, wijst aan, gaat ons voor. ‘Je ogen een plek waar het leven slaapt van ongehaast maar gestaag verval’, ‘symboliek druipt van het gedicht als regen van het landschap.’
Pol Bracke
Pol Bracke
Pol Bracke is bezig met gedichten rond het thema van (geen) afscheid (kunnen) nemen. In de Menenpoortsonnetten, drie gedichten die verwijzen naar het gelijknamige oorlogsmonument in Ieper, herdenkt hij de honderdduizenden slachtoffers uit de Eerste Wereldoorlog. Van velen van hen werd nooit een lichaam teruggevonden. Hun namen vullen de muren van het monument. Alle namen tezamen vormen een gedicht.
Liesbeth V. Hafenrichter
Liesbeth V. Hafenrichter
Liesbeth V. Hafenrichter geeft een van haar gedichten de titel “Alleen maar even laten weten dat ik ongedeerd ben”, zoals je op de sociale media kunt aangeven dat je – hoewel in oorlogsgebied of noodsituatie – er toch nog bent. Ook poëzie schrijven is een update van je status en tegelijkertijd een troost in bange uren, een bericht aan elk thuisfront.
Jelle Jan Klinkert
Jelle Jan Klinkert
Ook als je niet helemaal thuis bent in de psalmen, ervaar je dezen als gedichten op zich: muzikaal, met een prettig ritme, beeldrijk. Dit langlopend project van Jelle Jan Klinkert is een bewonderenswaardig initiatief. Een voorpublicatie vandaag van de op handen zijnde bundel met 150 psalmen. Poëzie is de muziek van de taal, aldus deze dichter.
Wim Vandeleene
Wim Vandeleene
De gedichten van Wim Vandeleene zeggen zoveel meer. De dichter als ‘ader die de kroost voedt’, ‘boekhouder van de inboedel’, ‘zesde zintuig dat iets toevoegt aan het geheugen van handen’. Natuurlijk benoemt zij hem ‘tot nieuwe man’ en zijn wij bereid tot het vertolken van alle andere rollen. De maan houdt haar getijden op gang, de dichter doet hetzelfde.
Inge Boulonois
Inge Boulonois
Na ‘Lichte en bonte gedichten’ (2015) en ‘Vers gekruid’ (2020), is de verschijning van de derde lightversebundel van Inge Boulonois gepland voor dit of volgend jaar. De bundel zal, evenals de vorige twee, in kleur geïllustreerd zijn en een grote diversiteit aan versvormen bevatten: van sonnet tot ollekebolleke, van trijntje fop tot cryptovers, van lobbertang tot monovocale gedichten. Een voorpublicatie.
Caty Moerman
Caty Moerman
‘Sommige woorden smaken zoeter als je ze afspoelt en een nachtje laat weken: / als ze zachter zijn en minder schuren op de tong zwelgen ze beter door.’ De gedichten van Caty Moerman ervaren we ook lichamelijk. Een consistente donkere leeservaring maar desalniettemin onvermijdelijk, noodzakelijk en leerzaam. ‘Alsof de nijd voorgoed /van je lippen druipt als je niet meer in zalven gelooft.’