LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Interviews

"Zonder poëzie zou mijn leven zoveel armer zijn."
"Zonder poëzie zou mijn leven zoveel armer zijn."
Eindelijk kan Hedwig Du Jardin zoveel tijd en aandacht besteden aan haar poëzie als zij wil. Dat maakt ons en haar gelukkig. Haar gedichten raken persoonlijk, ‘gelouterde uitspraken die een waarheid achterhalen’. Ze bevatten niet alleen herinneringen of ervaringen maar wijzen ook op de klimaatproblematiek, het ouder worden en het leven van alledag. Poëzie als vorm van bezinning en verdieping.
‘The end is where we start from, a circle’
‘The end is where we start from, a circle’
In zijn eerste interview gaat Christophe Ywaska in gesprek met dichter Geert Jan Beeckman. Over diens dichtbundel ‘Woestijnzucht’, over ons bestaan, de roadtrip door de innerlijke wereld, zintuiglijke voelsprieten, hoe hij kunst een stem geeft zonder zelf aanwezig te lijken, zijn muzieksmaak en de volledige immersie als overeenkomst, weg uit de realiteit, het leven als een wrede grap en hoe iedereen wordt wie hij al is.
De Wet van de Afnemende Meeropbrengst
De Wet van de Afnemende Meeropbrengst
In de serie ‘gesprekken met Meandermedewerkers’ het vierendertigste gesprek, met recensent Marc Eyck. "Zo lang als hij zich kan herinneren is hij bezig met spiritualiteit en religie, daaruit ontstond ook de behoefte het moeilijk zegbare met weinig woorden tot uitdrukking te brengen. Een zekere behoefte aan klaarheid en zuiverheid die hem als dichter en mens bepaalt."
"Dat een schilderij of een gedicht dé waarheid zou kunnen bevatten is een illusie."
"Dat een schilderij of een gedicht dé waarheid zou kunnen bevatten is een illusie."
Dichter Inge Boulonois wordt door kunst geïnspireerd. “Schilderijen vormen als het ware documenten van het verstrijken van de tijd. Ze roepen tegelijk tot stilte op en dat ervaar ik als heel aangenaam.” Ze leert ons kijken en misschien ook wel schrijven. “Het mooie van beide disciplines is dat ze uitnodigen tot concentratie”. In haar beeldgedichten ook de haar kenmerkende subtiele humor.  
Borduurnaald in je hart
Borduurnaald in je hart
Ondanks verscheen bij uitgeverij Poëziecentrum de eerste in het Nederlands vertaalde bundel met gedichten van de Chinese auteur Jidi Majia. De titel maakt meteen al nieuwsgierig: 'Ik schrijf gedichten omdat ik een toeval ben.' Sander de Vaan sprak met Silvia Marijnissen, die Majia’s gedichten voor dit boek selecteerde en vertaalde.
"Ik zou graag eens een handtekening op een buik willen zetten."
"Ik zou graag eens een handtekening op een buik willen zetten."
Winnaar van de C. Buddingh’-prijs Wout Waanders wil graag werk maken dat midden in de wereld staat. “Dan moet ik me daar ook in mijn schrijverschap begeven”. Hij heeft “genoeg geëxperimenteerd om te voelen dat deze soort speelsheid me wel past nu” en schrijft graag voor mensen die bij gedichten het idee hebben dat ze ‘het niet snappen’.
"Nooit liggen euforie en frustratie zo dicht bij elkaar als wanneer ik poëzie schrijf"
"Nooit liggen euforie en frustratie zo dicht bij elkaar als wanneer ik poëzie schrijf"
Antony Samson wil met zijn poëzie het doodgewone grootser maken en zijn lezers stil laten staan bij situaties die zij vanzelfsprekend vinden. Het zijn de trage momenten die hem vaak op ideeën brengen. ‘Poëzie gebruikt taal om eerder de ziel dan het verstand aan te spreken. Het biedt je een andere ingang in het hoofd van de lezer, namelijk via het hart.’
Terwijl je domweg op je stoel blijft zitten
Terwijl je domweg op je stoel blijft zitten
‘Poëzie is voor mij één van de weinige plekken waar onbevangen leven nog mogelijk blijkt’, zegt Alain Delmotte. ‘Poëzie is een vitale daad. Het is ook een verzetsdaad op het niveau van, alweer, de taal. Dit is één van mijn premissen: poëzie is en blijft voor mij een vorm van dissidentie.’ Interviewer Truus Roeygens had een mooie leerzame dag.
“Poëzie is er naar mijn mening vooral om geschreven en gelezen te worden, en niet om te lang bij stil te staan"
“Poëzie is er naar mijn mening vooral om geschreven en gelezen te worden, en niet om te lang bij stil te staan"
Voor Gaël van Heijst was gedichten schrijven altijd iets wat hij er zomaar een beetje bij deed, tot hij in 2020 de Schrijverspodiumprijs won. Het merendeel van de gedichten in zijn debuutbundel heeft hij er speciaal voor geschreven: "Ik speelde al enige tijd met het idee van een ‘twijfelweefsel’: vormgeven aan een staat van constante twijfel, waar er zich van alles in afspeelt".