Meandermagazine
Anne van Amstel - Trapezista
‘Trapezista’, de nieuwe bundel van Anne van Amstel, heeft een trapezewerkster als hoofdpersoon. Hans Puper: ‘De bundel is hecht gecomponeerd en Van Amstel laat op een overtuigende manier het algemene in het bijzondere zien: de behoefte aan liefde en de angst afgewezen te worden als je dat uit.’ De stijl ondersteunt de onrust en jachtigheid van de hoofdpersoon, onder andere door het gevarieerde ritme dat de dichter oproept met klemtonen, alliteratie en binnenrijm.
"Reflectie bevordert kwaliteit."
In de serie ‘gesprekken met Meandermedewerkers’ het tweeënveertigste gesprek, met Jos van Hest. Over de populaire serie Readymades, de ‘gewone’ anonieme teksten die je overal kunt vinden en waar beginnende, gevorderde en gevestigde dichters veel van kunnen leren. Het schrijven met een knipoog en het eerste gedicht dat hij hoorde: Iene miene mutte.
Kees van Meel - Liefde Strijd Dood
‘Liefde Strijd Dood’ van Kees van Meel is een mooi verzorgde bundel. Maurice Broere hierover: ‘Liefde, strijd en dood zijn de drie thema’s die een hoofdrol spelen in een mensenleven. Zeker als we strijd wat ruimer zien dan vechten, maar meer als struggle for life. Op het eerste gezicht is de combinatie wel wat zwaar, maar Van Meel gaat er vrij luchthartig mee om. De bundel is zeker geen pleidooi voor memento mori, mede door de humoristische en karikaturale pentekeningen van Jos Thomassen.’
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (41)
Een serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? En toch gaan we het iedereen vragen. Het eenenveertigste antwoord komt van Frans A. Brocatus.
Cees Nooteboom - Vos
‘Vos’ de nieuwste bundel van Cees Nooteboom wordt besproken door Johan Reijmerink: ‘Nooteboom mijmert over het overleden zijn van vrienden, collega-dichters, een enkel familielid, en indirect ook over zijn eigen naderende dood. De voorbereiding op het niets, de leegte, de grote stilte, het non-existente ego tekent zich opnieuw in deze bundel af. In een aantal gedichten schuift zijn ziel als onpersoonlijk bewustzijn zich over zijn denkende geest.’
Het wrak
‘Het Wrak’ is de titel van een gedicht dat Hans Franse opeens weer terugvond, een lied over het spelevaren in het meertje onder de maan en de zinkende boot. Het staat in een bloemlezing van Willem van Iependaal die meer kon dan schrijven over Polletje Piekhaar en Lord Zeepsop. De flauwe grappen daarover doen onze columnist terugdenken aan zijn studententijd en dichtprobeersels.