Archief
Jacobus Bos - Alsof niemand hier onsterfelijk is
‘Alsof niemand hier onsterfelijk is’ is de achtste bundel van Jacobus Bos (1943). Het gaat om fraai gecomponeerde, vormvaste poëzie die de lezer met vragen confronteert en uitnodigt een leesavontuur aan te gaan. Hans Franse: ‘Eigenlijk verdienen de poëzie, de dichter, de lezer en de recensent een grondige analyse van elke afdeling, maar dan zou deze korte recensie een essay worden.’
Gedichten
Drie gedichten van Edward Hoornaert (1981)
Robbert-Jan Henkes - Bij mij op de maan. Russische kindergedichten
‘Bij mij op de maan’ is een bloemlezing van Russische kindergedichten, samengesteld en vertaald door Robbert-Jan Henkes. Eén van de fascinerende aspecten ervan is dat je niet alleen wordt herinnerd aan je eigen kindertijd, maar ook aan de oeroude bronnen van onze cultuur. Het materiaal van de Russische dichters blijkt vaak ook in Nederland gebruikt te zijn.
Met iets heel kleins een gedicht op z’n kop zetten
Maarten Buser (1991) is dichter, essayist en recensent. Hij studeerde Nederlandse letterkunde, Nederlandse taal en cultuur. Hij schrijft voor verschillende media over poëzie, popmuziek en kunst. Gedichten van hem verschenen in onder meer Het Liegend Konijn, De Revisor en Liter. Zijn debuutbundel Club Brancuzzi verscheen in januari 2016.
Estelle Boelsma - alles is een onderbreking van de lege ruimte
In ‘alles is een onderbreking van de lege ruimte’, laat Estelle Boelsma onder andere zien dat poëzie iets poreus moet hebben, iets van een merkbare diepte, anders wordt ze te hermetisch en dreigt onleesbaarheid. Poriën in de huid van de taal zorgen ervoor dat de inhoud van een tekst verbonden blijft met de ruimte om die tekst heen: met een lezer dus.
Erik Jan Harmens - Ik noem dit poëzie
In ‘Ik noem dit poëzie’ , de verzamelde gedichten van Erik Jan Harmens, blijkt nog eens dat hij een traditioneel romanticus is, hoe vernieuwend hij ook wordt genoemd. Een constante in zijn werk is het lijden aan het leven, maar van ‘meer van hetzelfde’ is geen sprake. De vorm verandert, met name in zijn laatste bundel, ‘Open mond’. Die bundel is soberder dan de voorgaande, waardoor de inhoud meer onder spanning staat.
Shari van Goethem - Een man begraaft een boom
'Binnen het bestek van een paar regels kan iets duidelijk zijn en toch onbegrijpelijk blijven. Poëzie is een van de manieren die we hebben gekregen om duidelijk te maken dat we iets niet begrijpen.' Deze regels uit de roman ‘Zachte riten’ van Marja Pruis hadden op de achterflap van ‘Een man begraaft een boom’ kunnen staan, de debuutbundel van Shari van Goethem (1988). De gedichten vormen een fragmentarisch verteld verhaal waarin telkens andere elementen oplichten, mede afhankelijk van je stemming of eerdere lezing. Het is zeker geen puzzel die een oplossing verdraagt.
Poëzie Kort 2016 / 7
In de zevende Poëzie Kort bespreken Lennert Ras en Hans Puper de volgende bundels: ‘In uiterste staat’ van Frederik Lucien De Laere, ‘Kraanstaren’ van Irene Wiersma, ‘Dorpen van zinsbedrog’ van Emile Verhaeren en het debuut ‘Haarlem nocturne’ van Djordje Matić.
Arjen van der Linden - Als niets
De poëzienovelle 'Als niets' van Arjen van der Linden (1956) is een aaneenschakeling van drank, vrouwen en desillusies. Niets nieuws. De vorm is ook niet altijd even sterk: veel poëzie doet denken aan in stukjes geknipt proza. Het verhaal wordt echter van tijd tot tijd onderbroken door goede gedichten waarin het verhaal wordt becommentarieerd en dat maakt veel goed.
Toon Tellegen - Wonderbaarlijk buigt zich over water
Over de nieuwe bundel van Toon Tellegen zegt Eric van Loo: ‘ ‘Wonderbaarlijk buigt zich over water’ is een verwarrende, besmettelijke, inspirerende bundel. Het is een verslavende nachtkijker, waardoor het bos waarin we lopen nooit meer hetzelfde is. En ook de dingen in de kamer, de planten in de tuin, het was alsof ik ze anders, misschien wel voor het eerst werkelijk zag.’ Dat is genoeg om heel nieuwsgierig te worden.
Yella Arnouts - Vader. Een lamento
‘Vader. Een lamento’ van Yella Arnouts gaat over een opgroeiend meisje dat worstelt met de onuitgesproken liefde en het onbegrip tussen haar en haar vader. Recensent Paul Roelofsen: ‘Wat deze poëzie bijzonder maakt is, behalve het buitengewoon soepele taalgebruik, de bijna speels lichte toon. Het onthutsende drama dat Yella ons voorschotelt zou zich uitstekend voor kitsch lenen, maar daar is dankzij deze kwaliteiten geen sprake van.’
Jeroen Dera, Sarah Posman en Kila van der Starre (red.) - Dichters van het nieuwe millennium
De essaybundel ‘Dichters van het nieuwe millennium’ (redactie Jeroen Dera, Sarah Posman en Kila van der Starre) bestaat uit een bespreking van poëtische tendensen in de poëzie vanaf 2000 en vierentwintig essays over Vlaamse en Nederlandse dichters die na de eeuwwisseling debuteerden. De essayisten beschrijven ontwikkelingen waar we nog middenin zitten. Een echt overzicht hebben we daarom nog niet, maar dat is geen probleem. De kracht van het boek ligt in de aanzet tot reflectie en debat.
Margreet Schouwenaar - Verzamelde gedichten
Onlangs verschenen de verzamelde gedichten van Margreet Schouwenaar: ‘Woorden op zinnen gezet’. Vanaf haar debuut in 1991 is haar poëzie ritmisch en klankrijk. ‘Er wordt gewoond in taal’, schrijft ze. Recensent Johan Reijmerink: ‘Ze is in die taal op zoek naar het mysterie van het leven.’ Haar vertrekpunten zijn concreet: het dagelijkse leven, het Noord-Hollandse landschap, jeugdherinneringen et cetera.
sadà\exposadà - De zaal van baards!
‘de zaal van baards’ is de tweede bundel van sadà\exposadà. Recensent Levity Peters: ‘Ik blijf maar zitten met de vraag naar de bedoeling, de betekenis van deze poëzie. Een nieuwe inhoud heeft niet direct een nieuwe vorm tot gevolg, zie Baudelaire. Andersom is het evenmin het geval. Wanneer je ze met elkaar vergelijkt is ‘de zaal van baards’ van sadà\exposadà extremer en minder eenvoudig leesbaar dan de Pisaanse Canto's van Ezra Pound die zelfs Chinese en Griekse lettertekens door zijn tekst mixte en dus erudiete vertalers nodig had.’
Geert Briers - Zullen we ooit vulkanen zijn
‘Zullen we ooit vulkanen zijn’ is de tweede bundel van de Vlaming Geert Briers. In zijn taalassociaties en verwijzingen naar de amusementswereld klinkt Van Ostaijen door. Het is een bundel die bijna luchthartig aandoet, maar in tweede instantie over onmacht blijkt te gaan. Hij raadt ons aan tijdens het lezen af te zien van kennis, wetenschap en waarheid, maar dat lukt niet: je hebt je verstand wel degelijk nodig.
Pier Pasolini - Vaarwel en beste wensen
Piet Joostens is de samensteller, vertaler en inleider van ‘Vaarwel en beste wensen’, een keuze uit de poëzie en polemieken van Pasolini (1922 – 1975), die bij ons vooral als cineast bekend is. Zijn poëzie doet eigentijds aan door de vaak vrije vorm en zijn engagement (zowel in politieke als in ruimere zin). Hij was tevens een hartstochtelijk verdediger van de traditie. Meestal boeit hij, maar soms is hij ergerlijk en een enkele keer stuitend.
Stijn Vranken - Fiat Lux
‘Fiat Lux’ van Stijn Vranken is het schitterend vormgegeven verslag van twee jaar Antwerps stadsdichterschap. ‘Aanstekelijk geschreven’ schrijft de recensent. Betekent dit dat dit boek het goed doet in de open haard? Vranken zou deze grensoverschrijdende leeswijze wel toejuichen. ‘Fiat Lux’ heeft een ruwe voor- en achterzijde, uitstekend geschikt om een lucifer langs aan te strijken. Dat laat wel bruine strepen achter op de kaft. Mooi toch?
Gedichten
'Het schrijven blijft mijn basis'
Max Greyson (1988) is een dichter, prozaschrijver en spoken word performer uit Antwerpen. In oktober verschijnt bij de Arbeiderspers zijn debuutbundel Waanzin went niet.
Hannah van Binsbergen - Kwaad gesternte
Levity Peters: 'Kwaad gesternte' is een zeer complexe en complete bundel. Er zijn zoveel verbindingen tussen de gedichten onderling, dat je je er in kunt blijven verdiepen. Maar het is en blijft poëzie. Los van alle betekenissen en bijbetekenissen die je mag ontsluieren, is er een gevoelslaag die je wezenlijk kan raken, en waardoor ik na de eerste lezing even totaal van de wereld was.’
Gedichten
Pat Donnez (1958) is schrijver, dichter, interviewer, performer en radiomaker.
Eind september verschijnt zijn nieuwe dichtbundel: Radeloos en betoverd. Waaruit in Meander drie gedichten.
Meander Dichtersprijs 2017
Philippe Cailliau - Tot de stenen wortel schieten
‘Tot de stenen wortel schieten’, de titel van Philippe Cailliaus nieuwe bundel, doet denken aan ‘En attendant Godot’ van Samuel Beckett. Het wachten van Estragon en Vladimir op Godot is vergeefs en ook op stenen die wortel schieten kun je wachten tot je een ons weegt. Het is dan een ritueel dat vorm geeft aan de toekomst. Het beeld kan echter ook een teken van doorzettingsvermogen zijn, van optimisme: het ervaringsgegeven dat stenen geen wortel kunnen schieten is in dat geval niet meer dan een voorlopige zekerheid.
Poëzie Kort 2016 / 8
In de achtste Poëzie Kort bespreken Lennert Ras en Hans Puper de volgende bundels: ‘Duetten’ van Erik Jan Harmens en Ilja Leonard Pfeijffer, ‘De Cadillac van Mallarmé’ van Patrick Conrad, ‘Wie heeft een middelpunt nodig’ van Anouk Smies en ‘Mond vol demonen’ van Daniël Dee.