LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Archief

Ger van Wijck - Tegen het einde
Ger van Wijck - Tegen het einde
Tegen het einde - ondertitel: 'keuze uit de sonnetten en kwatrijnen (1952-2007)' - is de door De Witte Uitgeverij postuum uitgegeven bundel van Ger van Wijck (Ger Klein Ikkink, 1933-2007). Opvallend is de structurering van de bundel, waaruit een grote behoefte aan ordening spreekt. Van Wijck wenste kennelijk niet alleen zijn poëzie te bewaren, maar ook de chronologie van zijn leven.
Edwin Fagel - Het geroofde lichaam van Charlie Chaplin
Edwin Fagel - Het geroofde lichaam van Charlie Chaplin
Edwin Fagels Het geroofde lichaam van Charlie Chaplin is behalve een verhalende bundel vooral een verkenning van het dichterschap: de waarnemer die overal buiten staat, die zoekt maar geen écht menselijk contact kan vinden, die de wrijving tussen tegenstellingen gebruikt om zijn taalmessen aan te slijpen. Het is een bundel óver poëzie.
J.C. Aachenende - Met weemoed
J.C. Aachenende - Met weemoed
Met weemoed is de vierde bundel van J.C. Aachenende. Als hij een halve eeuw jonger was geweest, had hij kunnen uitgroeien tot de Johan Cruijff van de poëzie. Die andere J.C. zou iets te hoog gegrepen zijn.
Bernardo Ashetu - Dat ik je liefheb
Bernardo Ashetu - Dat ik je liefheb
Michiel van Kempen stelde uit het werk van Bernardo Ashetu (1929-1982) de bloemlezing Dat ik je liefheb samen. Het is een geslaagde kennismaking met een dichter met een bijzondere eigen expressiviteit, vol wonderlijke, raadselachtige beelden.
Medellín: poëzie om te snuiven
Medellín: poëzie om te snuiven
Klassieker 152: Paul Snoek - Waarom ik zilver smelt in mijn gedichten
Klassieker 152: Paul Snoek - Waarom ik zilver smelt in mijn gedichten
Rik Wouters bespreekt 'Waarom ik zilver smelt in mijn gedichten' van Paul Snoek. De dichter valt met de deur in huis. Hij wil het in zijn gedicht hebben over het scheppen van poëzie, zijn poëzie ...
Gedichten van Odette van Kempen
Gedichten van Odette van Kempen
Poëzie hoort bij mij zoals handen en voeten' is een uiting van Odette van Kempen (1968), die zich waarmaakt in de lichamelijkheid van haar gedichten. Zij publiceerde in het literaire tijdschrift Lava, in de bundel Het mos tussen de letters (uitgeverij aquaZZ) en de verzamelbundel Nocturne (uitgeverij Vleermuis). Twee van haar gedichten zijn afgelopen jaar geselecteerd voor de elfde Biënnale Hedendaagse kunst in Vlaanderen. Regelmatig valt zij in de prijzen bij Poetry Slams, onder andere in het Laktheater in Leiden.
Gedichten
Gedichten
Odette van Kempen Wachtkamer wij- drie musketiers in spe-strijders begeven ons naar een plek waar we zachter dan het zwaard kunnen blijven daar drinken we- overmatig- thee dat zich laat druipen-over rooibos-tongen vanuit een schuurpapieren luchtigheid we kijken hoe de buurman losse kruimels raapt vanonder hordeurwimpers, over tafel schaatst langs lezerijen-en afgekloven nagelbedden -op zoek naar nieuws- en wat onaangedane tijd we zien kauwgum- met de tanden er nog aan dat zich kleeft aan de net gemoduleerde stoelen tussen afgeveegde vingers-en een bosje fronzen vinden we- in handzaam strooibiljet een nummer -dat kan leiden tot ons eigen hulpbeleid we blazen
VCK (3)
VCK (3)
VCK (4)
VCK (4)
Gedichten
Gedichten
Amber-Helena Reisig ik vind mijn moeder in een winkelruit mijn moeder gebruikt haar vaders wandelstok eerder dan dat hij dat deed ik hoor 's nachts haar sloffen op de gang vragen of het toilet nog dichter kan het is de dood die zwijgzaam inhaalt en tussen plassen van licht balanceert zij zaagt aan zijn koord of drukt zich tegen muren we gingen eens naar de zee daar was de morgen koud ik voelde het ruisen in haar botten harder dan in een schelp haar botten zeiden mij als ooit een morgen komt aan zee warmer dan vandaag laat ons dan hier maar gaan ik vind mijn moeder in een boekenkast ze staat op een kaft te lezen ik vind mijn moeder in mijn wieg ze zegt: â
Het hoofd te groot, de stad te klein
Het hoofd te groot, de stad te klein
Amber-Helena Reisig gaat als een speer. De dichteres, te schilderen met grote ogen, rood gestifte lippen en een sigaret in de hand, heeft hier en daar wel iets gemeen met de zingende YouTube-fenomenen van de laatste jaren: jong, bomvol talent en zeer actief in de blogosfeer. Ze werd opgemerkt door andere bloggers en inmiddels ook ver buiten die sfeer. Onlangs nog stond ze als jongste in de categorie 'Creatief' van de Viva 400, een lijst met succesvolle Nederlandse vrouwen. Meander sprak met haar.
Joke van Leeuwen - Half in de zee
Joke van Leeuwen - Half in de zee
Tien gedichten staan er in Half in de zee en mede dankzij de illustraties is deze Gedichtendaguitgave een echte Joke van Leeuwenbundel: lichtvoetig, speels, misschien een tikkeltje baldadig, maar met genoeg ernst om het niet oppervlakkig te maken.
Chrétien Breukers en Philip Hoorne - De Nederlandstalige poëzie in pocketformaat
Chrétien Breukers en Philip Hoorne - De Nederlandstalige poëzie in pocketformaat
Alleen in mijn gedichten kan ik wonen. De bekendste gedichten uit de Nederlandse literatuur van Menno Wigman en Rob Schouten heeft er met De Nederlandstalige poëzie in pocketformaat van Chrétien Breukers en Philip Hoorne een geduchte concurrent bij. Welke bloemlezing te kiezen?
Hedwig Speliers  - Fortuna's lieveling samen, Bloemlezing uit de poëzie 1956-2011
Hedwig Speliers - Fortuna's lieveling samen, Bloemlezing uit de poëzie 1956-2011
Sterke beelden, indringend verwoord, met een mooie balans tussen het aardse en metafysische. Hedwig Speliers verdient ruimere aandacht dan hij tot dusverre gekregen heeft. Fortuna's lieveling, het moest er maar eens van komen.
Anneke Haasnoot - Binnen mijn zinnen
Anneke Haasnoot - Binnen mijn zinnen
Anneke Haasnoot publiceerde in de reeks 'Verse voeten' van de Witte Uitgeverij haar bundel Binnen mijn Zinnen. De uitgeverij werkt nauw samen met haar auteurs. De samenwerking is hier geslaagd: er is krachtige, volwassen poëzie uit voortgekomen.
Nachoem M. Wijnberg - Als ik als eerste aankom
Nachoem M. Wijnberg - Als ik als eerste aankom
Nachoem M. Wijnberg publiceerde met Als ik als eerste aankom zijn veertiende bundel. Een zeer aparte en, helaas, nog altijd weinig gekende dichter. Een dichter wiens poëzie een gebruiksaanwijzing behoeft, maar die zeer, zéér de moeite waard is.
Peuteren aan woordjes
Peuteren aan woordjes
Jurjen Keessen (1949) publiceerde Ballades/Structuren, een dichtbundel met ballades in de stijl van de 15e-eeuwse Franse dichter François Villon met foto’s van Dolf Middelhoff. Van dezelfde dichter en fotograaf verscheen in 2011 de bundel Het Eiland.
Gedichten
Gedichten
Jurjen Keessen THUISKOMST het grijze land van herkomst heeft nooit echt bestaan terugkeer is dus uitgesloten naar het land van water stilte riet waar je ooit vandaan gekomen bent de rivier die doelloos door de vlakte kronkelt brengt je er regelrecht terug sterntjes ganzen ooievaars overdaad van zilverreigers roerdomp bevers en de wind die in het riet ruist maar het grijze land van herkomst heeft nooit echt bestaan manische karekieten norse reigers zijn aangesteld om te waken voor je thuiskomst terugkeer zal niet gaan
VCK (6)
VCK (6)
VCK (7)
VCK (7)
Herman Verweij - Een vindbare plek
Herman Verweij - Een vindbare plek
De lijn tussen het gevoelige en sentimentele is een dunne. In Een vindbare plek passeert Herman Verweij die lijn nogal eens en komt dan uit aan de verkeerde zijde.
Menno Wigman - Mijn naam is Legioen
Menno Wigman - Mijn naam is Legioen
In Mijn naam is Legioen zoekt Menno Wigman woorden ‘voor alles waar geen woord voor is’. Hij vraagt zich wanhopig af of zijn missie als dichter zal slagen: Hoe kan mijn dichterschap in deze wereld functioneren? Wat drijft ons tot waanzin? Hoe werkt de dood op ons in? Maar vergeet ik de liefde niet? Kan ik het leven nog begrijpen in deze mediageile, hectische en vervreemdende wereld?
jan Loogman - Een woord valt uit het nest
jan Loogman - Een woord valt uit het nest
Een woord valt uit het nest van Jan Loogman bevat o.a. observaties over de niet altijd harmonieuze kindertijd en reflecties over volwassenheid. In de gedichten strijdt meligheid met venijn. Soms wint de een, soms de ander.