Archief
Klassieker 158: Willem Elsschot - Het huwelijk
In deze aflevering staat een gedicht centraal dat vermoedelijk een van de weinige gedichten is waaruit bijna iedere Nederlandstalige met enige relevante schoolopleiding een regel zal kunnen citeren. Neerlandicus Wim Kleisen las het gedicht nog eens zorgvuldig en ondernam het waagstuk het te bespreken.
Klassieker 159: Eva Gerlach - Verdeeld
Joop Leibbrand bespreekt 'Verdeeld' van Eva Gerlach, een gedicht dat naar zijn mening een bijzondere plaats inneemt in haar oeuvre.
Het venijnig gebroed - Opgezet spel
'Het venijnig gebroed' is een dichterscollectief van vijf dertigers. Met hun gezamenlijke bundel Opgezet spel presenteren zij zich als jonge honden: gretig, enthousiast en hier en daar wat onbesuisd. De groep straalt geestdrift uit, de bundel is fijn en vermakelijk te noemen, maar vernieuwend is hun werk niet.
René Puthaar - Het wilde kind
In Het wilde kind van René Puthaar komen veel kinderen voor en hij laat ook die van hemzelf aan het woord. Toch is dit beslist geen kinderachtige bundel. Pas na goed lezen en herlezen dringt de betekenis van zijn gedichten door. Puthaar beschrijft de werking van de tijd en de scheiding van het zichtbare en onzichtbare. Het woord als troost, maar ook als veroorzaker van een scheiding tussen het benoembare en het onbenoembare. Want in de taal bestaat het onbenoembare niet. Of toch?
Job Degenaar - Handkussen van de tijd
Uit de ruim tweehonderd gedichten van de verzamelbundel Handkussen van de tijd rijst het beeld op van een consistent dichterschap. Niet altijd even bevlogen, maar ambachtelijk sterk, vaardig en degelijk, steeds zintuiglijk en picturaal gericht. Job Degenaar toont zich vooral een goed observator. En scherp waarnemen leidt tot scherpe beelden.
Fred Papenhove - Zweep je beste been voor
In Fred Papenhove's Zweep je beste been voor maakt de verwevenheid van dichter en kind de poëzie uitermate boeiend. Onbevangen eerlijkheid en ongrijpbaarheid gaan hand in hand met als extra een onopvallend maar superieur vakmanschap. Deze bundel, waarin geen zin verkeerd ligt, confronteert het verlangen om onbevangen jezelf te zijn met het leven in een wereld die van conventies aan elkaar hangt.
Angelo Di Berardino - De vadergedichten
Er zijn duizenden perfect geschreven gedichten die het hart niet raken, maar onder de woorden van deze gedichten, die soms onnauwkeurig en misgeschoten zijn, soms onmachtig of prematuur losgelaten, word je boven alles de liefde gewaar voor een dierbare, die - als voor de dichter zijn vader - Onze Grote Dierbare zou kunnen zijn.
Levity Peters over De Vadergedichten van Angelo Di Berardino.
Gedichten
Lize Spit
vette jaren
Merkel zegt dat het tien jaar duren zal
voor we weer terug zijn bij
hoe goed het vroeger was
zoals we te vroeg aangekomen
altijd nog een blokje rond zullen rijden
wat blijven treuzelen in andermans gang
mijn zusje die al heeft ze een schaar
langzaam
het lint rond haar pakje ontknoopt
het beste aan kaas
blijven de onbelegde
hoekjes brood
Poep aan de stoel
Lize Spit (1988) studeerde scenario aan het RITS in Brussel. Sinds vorig jaar volgt ze les aan de Schrijversacademie in Antwerpen. Ze ontving VAF-subsidies voor het schrijven van een langspeelfilm en won dit jaar de voorronde Leuven van Write Now!. In de Volkskrant werd ze door Simone van Saarloos 'het literaire talent' van nu genoemd.
Georges Van Damme
Georges Van Damme (Lokeren, 1955) werkt al meer dan 30 jaar in het onderwijs. Hij begon ooit als leraar en is inmiddels werkzaam als coördinerend directeur van een scholengemeenschap. In zijn vrije tijd houdt hij zich bezig met amateurtheater en het schrijven van poëzie. Ook is hij medestichter van de Marnixring Lokeren.
Gedichten
Georges van Damme
Willy
Hij schrijft “zandt en cement 9,50 €”
en vervoegt de daguren daaronder
alsof ook zand werkt
of tegenwerkt.
Want vloeken om de onwil
strijkt hij met de regel glad
en legt met haast de klinkers
als het geld voor zaterdagse hoeren.
Ik verzand met boek op dit terras
in stevige verbetenheid
en effen binnenin de dag
die wringt en oprispt
en voel de ergernissen
onder de stenen vloeren.
Emmeke Bos is gekozen
Klassieker 160: Gery Florizoone - Drie knotwilgen
Herbert Mouwen bespreekt een sleutelgedicht van de Vlaamse dichter Gery Florizoone. 'Drie knotwilgen' is een persoonlijk, poëticaal gedicht, dat minimaal vanuit vier perspectieven is te benaderen. Het is de toegang tot het poëtisch oeuvre van Gery Florizoone.
VCK (15)
Kees Klok - Hoe de wereld zich zou openen
Hoe de wereld zich zou openen, de titel van de nieuwe bundel van Kees Klok, riep bij Levity Peters verwachtingen op. Hij was nieuwsgierig hoe hij het zou doen, de wereld, 'zich openen'. Het gedicht met die naam zegt aan het slot: 'We hoorden van later en van geduld/ en hoe de wereld zich zou openen// als we maar eenmaal echt schrijven konden.' Toch denkt hij dat het een misvatting is dat schrijven de wereld kan openen. Dat er eigenlijk had moeten staan: 'als we maar eenmaal echt lezen konden'. Het waarnemen van de wereld is immers ook een soort van lezen. Daarna pas komt het omzetten van die werkelijkheid in taal. Met schrijven open je geen werelden, je maakt er nieuwe mee. En
Jean Pierre Rawie - De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag
Rawie schrijft in De tijd vliegt, maar de dagen gaan te traag poëzie die gespeend is van originaliteit, geen moment nieuwsgierig maakt, niet uitdaagt. Er valt voor de lezer niets in te ontdekken. Maar er valt niet te ontkennen, dat van de beste gedichten een verleidelijke aantrekkingskracht uitgaat, omdat ze het vermogen hebben je in ieder geval voor de duur ervan mee te nemen en je van een bepaald inzicht te doordringen. De vele gemeenplaatsen en clichés gaan eigenlijk pas irriteren bij het lezen en herlezen van de bundel als geheel.
Michaël Slory - Torent een man hoog met zijn poëzie
Al staat de Surinaamse dichter Michaël Slory met Torent een man hoog met zijn poëzie duidelijk in een orale traditie, de gedichten zijn niet neergezet in brede, epische streken. Slory is in de eerste plaats een taalkunstenaar die de bijzondere facetten van de werkelijkheid die hij waarneemt, bijslijpt tot juweeltjes. Ieder gedicht een geschenk, zo zal hij het bedoelen.
Over Finse meisjes
Kira Wuck (1978), dochter van een Finse moeder en Indonesische vader, stond in de belangstelling als winnaar van het NK Poetry Slam 2011 en van de Festina Lente Poëzieslag. Ze studeerde aan de Schrijversvakschool Amsterdam af op poëzie en scenario. Donderdag 27 september presenteerde ze haar eerste dichtbundel Finse meisjes.
Gedichten
Kira Wuck
Als het regent op zondag
regent het bij ons anders dan bij anderen
de lucht is droger en de kat laat zich niet aaien
Vroeger hadden we een kijkgat in de schutting
daarachter gebeurde het
Vanuit de achtertuin zie je waar de vaat zich opstapelt
wat de afstand is tussen geliefden
als ze elkaar net niet raken
Intimiteit is erachter komen dat je met iemand
naar hetzelfde punt staart
zoals naar mijn ouders
die voor de zoveelste keer de muren witten
Milou Voskuilen
Milou Voskuilen (1989) studeerde een aantal jaar Toegepaste Psychologie maar heeft de afgelopen periode veel geschreven. Ze werkt momenteel aan een roman en is door research voor het verhaal in aanraking gekomen met poëzie. Ze zegt: 'Voor mij is het schrijven van poëzie een manier om een verhaal in slechts korte scènes te vertellen.' De toon van haar poëzie wisselt, maar haar voorkeur gaat uit naar rauwe en schrijnende poëzie. Ze heeft als voorbeelden: Sylvia Plath, Sharon Olds, Jim Morrison. Omdat ze veelal Engelstalige poëzie leest, is ze sinds kort ook begonnen met het schrijven van Engelstalige gedichten. In de toekomst zou ze graag een roman uit willen geven, voorlopig experiment
Gedichten
Milou Voskuilen
Conserveren
Als een blind en eenzaam monster kroop de dood naar binnen,
door de poriën van zijn huid.
Ik streelde zijn hand alsof ik de dood wilde aaien.
Ik bedacht me hoe ze de draadjes uit zijn lichaam zouden verwijderen.
Hoe ze hem los zouden koppelen van de monitors.
Hoe zijn lichaam, ooit zo sterk en warm, zou
verdwijnen van de zaal.
Het was het lichaam waar ik me door had laten verzwelgen,
alsof ik door wilde dringen nog voorbij de huid.
Ik had me in zijn lichaam willen nestelen,
warm en verzadigd, als een dier in zijn winterslaap.
Ik bedacht me dat ik als ik hem in de toekomst wilde strelen
ik vingerafdrukken op de foto's achter zou laten
Rogi Wieg - Khazarenbloed
'Over het geheel genomen zijn Wiegs gedichten sterk onderhevig aan de emotionele en existentiële golfslag van zijn leven. Nu eens prikken en bijten ze, dan weer spreken ze van hoop en wanhoop en bedelven ze de vertwijfeling onder hoop uit verloren dagen.'
Johan Reijmerink is onder de indruk geraakt van de af en toe panische ernst waarmee Rogi Wieg in Khazarenbloed zoekt naar een uitweg voor zijn overbewustheid van het leven zoals het zich aan hem voordoet.
Germain Droogenbroodt - De mooiste Japanse haiku's 1 en 2
Van de Belgische dichter Germain Droogenbroodt verscheen in twee delen De mooiste Japanse haiku's met werk van Basho, Buson, Issa en Shiki.
Levity Peters ging na wat hem zo in het genre aantrekt.
Jos Versteegen - Een huis verlaten
In Een huis verlaten dicht Jos Versteegen over een zoon die voorwerpen van zijn overleden ouders opruimt. Hiermee schetst hij een portret van een traditioneel Hollands ouderpaar, met eerbied voor beiden. Voorwerpen van de moeder drukken zorg en liefde uit, die van de vader kracht.