Archief
Ongehoord op 10 januari
Ina Stabergh - Darwin en ik
In Darwin en ik van Ina Stabergh is de natuur een spiegel, die laat zien dat goedbeschouwd de wereld zo diep is als de hemel hoog. Ivan Sacharov vraagt zich af of Stabergh nu echt de 'hulp' van Darwin nodig had om haar poëzie te kunnen schrijven.
Stefaan van den Bremt - Voegwerk
In Voegwerk van Stefaan van den Bremt werken volgens Marijntje Gerling tekst en beeld op bijzondere wijze op elkaar in. De bundel beweegt zich op subtiele wijze op alle terreinen van het leven en ook andere kunstenaars en kunstvormen worden vakkundig en zonder moeite aan elkaar gevoegd.
Wim Hofman - Op zekere dag ziet u plotsklaps de ware liefde
In Op zekere dag ziet u plotsklaps de ware liefde van Wim Hofman getuigen volgens Marijntje Gerling opmerkelijk veel gedichten van een positieve houding ten opzichte van de liefde. Het adagium lijkt zoveel te zijn als: ‘lezer laat je door de liefde verrassen, wees alert op de ware en laat je maar rustig vervoeren door dit onverwachte geluk.’
Gedichten
Peter M. van der Linden
dordrecht
vroeger vond ik dat een geheimzinnige stad
met het r.k ziekenhuis en poorten eromheen
waar ik met moeder en de pont aankwam
vanuit zwijndrecht als ik ziek was aan mijn oren
ik fietste in die tijd ook wel eens naar r.c.d
met mijn voetbalvriendjes van vv. zwijndrecht d3
en meerdere malen naar dfc waar we tot de c1
kansloos van de mat werden getikt
als puber leerde ik flipperen als tommy
in de muizenval drinken in het dolhuys
en geniepig klaverjassen in vissers
zaken die ik nog steeds goed beheers
later ging ik er ook maar wonen en leerde
de muzikanten en de geveltjes kennen
en hoe mooi die geveltjes ook zijn
je hebt er 's nachts niks aan
Boerenlol om een alliteratiemitrailleur
Peter M. van der Linden is kunstschilder, zanger, performer, kok en dichter. In 2003 werd hij verkozen tot poezië-performer van het jaar van België. Een jaar later stond hij in de finale NK Poetry Slam. In 2005 debuteerde hij bij uitgeverij Vassallucci met de bundel Ich bin ein star baby. Onlangs verscheen zijn tweede bundel Zendag bij uitgeverij De Contrabas en behaalde hij de tweede plaats op het NK Poetry Slam.
Stem voor de Meander Dichtersprijs 2010
F. Starik - Victoria
Naarmate Johan Reijmerink de gedichten uit Victoria van F. Starik meer tot zich door liet dringen, gaven ze hem een verfrissende blik op de vergankelijkheid van het leven van gewone mensen. Hij concludeert: Starik heeft een bijdetijdse bundel geschreven met een aantal memorabele confrontaties met de vergankelijkheid.
Klassieker 128: Ellen Warmond - Changement de décor
In deze aflevering een gedicht dat ooit in alle bloemlezingen en schoolboeken Nederlands stond, 'Changement de décor' van Ellen Warmond. Inge Boulonois besteedt extra aandacht aan de overvloedige beeldspraak in dit gedicht.
Lodewijk van Deyssel - Menschen en Bergen
Sinds kort is op de site van het Huygens Instituut de complete tekst te vinden van Van Deyssels Menschen en bergen. Het betreft hier een door Jan-Willem van der Weij bezorgde uiterst complete wetenschappelijke editie, voorzien van een overzichtelijke, intuïtieve en plezierig lezende gebruikersinterface. Bouke Vlierhuis toont zich onder de indruk, maar blijft toch liever spreken van een verhaal dan van een prozagedicht. Oordeel zelf, en geniet vooral van de fraaie poepscène!
Niet schrijven maar schrappen
Van Dimitri Antonissen (1974) verschenen gedichten en verhalen in literaire tijdschriften als Lava Literair, Sampel, Meander en in NRC Next. Hij is 35, woont in Antwerpen in de schaduw van het Beerschotstadion, en is verzot op zijn vrouw, dochter, hardlopen, lekker eten, kranten, ArtLine-stiften, New York en Shiraz. En op stiftdichten: in krantenartikelen woorden schrappen tot er een gedicht overblijft. In april verschijnt bij Wintertuin een eerste bundel.
Gedichten
Dimitri Antonissen
Een eigen geluid in de Roemeense poëzie
Op verzoek van Meander schreef Jan Willem Bos een korte biografische schets van de Roemeense dichteres Angela Marinescu. Sander de Vaan maakte een selectie van door Bos vertaalde gedichten. Wat Angela Marinescu te zeggen heeft, en de manier waarop ze het zegt, levert een heel eigen geluid op in de Roemeense poëzie
Gedichten
Angela Marinescu
Blues (Aceste bluesuri impregnate)
Deze bluesgedichten doordrongen van de geur van papier
van de gitaar van Paco de Lucia en van
jouw kracht je te verschuilen achter een clownsmasker
zijn precies wat ik me nu heb voorgenomen
niet meer, maar ook niet minder
in een gelijkmatig en toch onheilspellend ritme
van steeds geraffineerder vleselijke genoegens toen
het welriekende haar op je borst vermengd met sigarettenrook
me een moeilijk te beschrijven beneveling van de zintuigen bezorgde,
en toen ik omzichtig afdaalde over de middellijn,
ik bedoel die bruinige lijn van jouw buik
had ik kunnen stuiten op een kuil, een meer, een put
maar ik botste op een in de nat
'Mijn poëzie wil kunst zijn'
'De laatste jaren heb ik me toegelegd op het schrijven van ekfrastische poëzie, gedichten die geïnspireerd zijn door schilderijen of beelden. Dat voelt voor mij natuurlijk heel vertrouwd', vertelt Inge Boulonois. De dichteres maakte een jaar of tien geleden, min of meer noodgedwongen, de overstap van de beeldende kunst naar de poëzie. Ze won inmiddels diverse prijzen.
Gedichten
Inge Boulonois
TOURNEE
Wat gebeurt: een gele dag
en hij nestelt zich als bij toeval
in de korf van mijn ribbenkast,
die vogel van kristal.
Mooier dan La Gioconda en
nooit vermoeid bezit hij bebroedt hij
mijn hardrode hart, de dauw
van de melkweg nog rond zijn bek.
Met de kop continu in de wolken
ritselt hij op overgebleven blad,
port een verborgen vonk op,
zingt prompt heel mijn binnenste
licht, veel lichter dan het oog
van een dichter in de regel velen kan.
Op een gele dag
nestelt hij zich als bij toeval
in de korf van een ribbenkast.
Al eeuwen is hij op tournee –
'Poëzie werkt verslavend op mij'
Frouke Arns won onlangs de Meander Dichtersprijs. Sander de Vaan had een gesprek met haar over poëzieverslaving, overslaande stemmen, openstaande dichtdeuren en nog wat meer.
Gedichten
Marleen van der Velden
Het begin van het einde
Ik laat mijn handen vogels zijn.
Nu de jaren niet meer in september beginnen,
scheur ik het masker van jeugdigheid af en
kleur binnen de lijntjes de advertenties in.
‘Ervaring gewenst. U bent sociaal en stressbestendig.’
Ik ben vooral lamlendig.
Ik laat mijn hand een rendier zijn.
Het papier heeft een afdruk op mijn gezicht achtergelaten,
gelukkig is er geen verschil te zien. In het licht
zie je strepen, zoals op een slecht geverfde muur.
In mij is nu al een ruïne zichtbaar. Bouwvakkers
heb ik nooit begrepen, ik breek de dingen
liever af en bereken nooit de som van mijn gebreken.
Ik laat mijn handen vuisten zijn.
De kladblaadjes voorbij
Marleen van der Velden (1987) timmert aan de weg. Hoewel ze nog jong is, heeft ze al regelmatig in de spotlights gestaan. Zo won ze in 2008 de CJP Kortverhalenwedstrijd en stond ze het jaar erna op Onbederf’lijk Vers in Nijmegen. Anna de Bruyckere had een gesprek met haar over proza en poëzie, de buurvrouw, en smaakoordelen.
Nieuwe gedichten van Antoinette Sisto
Kort nadat Antoinette Sisto in 2007 debuteerde met een dichtbundel, verscheen een interview met gedichten in Meander. Onlangs stuurde de dichteres nieuw werk in.
Gedichten
Antoinette Sisto
F O C U S
Wat is dat teer, afbreekbaar punt
waar onze lijnen niet meer samenvloeien?
Afstand die ik volg
maar niet naartoe genegen ben
Gevallen appels kan ik feilloos vinden
op de tast in het donker, verscholen
in greppels achter de dijk.
Cirkels in het jonge gras
die onuitwisbaar willen blijven
of ik jou daadwerkelijk
terugvind - in een ring
een naam die anders klinkt
Waar zal ik straks ontwaken
tussen het weiland en de sloot
tussen de einder en het water
tussen de parelmoeren wolken
torenhoog –
boven huizen in de ochtendkou
of onder jouw arm
buiten het dekbed
naast je hartstochtelijk slapend oog
dit gedicht is op de tweede plaats geëind
Peter Swanborn - Tot ook ik verwaai
'Het interessantst vind ik de afwezigheid van het benoemen van wat straks komt, dat van later, het onbekende element waarnaar de dood verwijst. Het gebrek aan informatie over de stervende schept ruimte voor een onbekende factor. Het is dit wezen zonder gezicht dat in de geest en het lichaam van de moeder huishoudt, dat door de uitermate bedwongen en sierlijk gewone taal van Swanborn tot leven komt.' Emily Kocken over Tot ook ik verwaai van Peter Swanborn.
Armando - Gedichten 2009
'Kunstenaars brengen produkten voort waar vooreerst niemand behoefte aan heeft. Daarom is kunst zo belangrijk. Daarom is kunst zo overbodig', stelde Armando ooit. En dit citaat van Nietzsche had zijn duidelijke instemming: 'Wir haben die Kunst, damit wir nicht an der Wahrheit zugrunde gehen. Kunst ist die einzige Rechtfertigung des Lebens.'
Armando's beeldend werk is onbetaalbaar, weet Joop Leibbrand. Dat dit voor zijn Gedichten 2009 eveneens geldt, laat zich voor een bescheiden bedrag vaststellen.
Klassieker 129: Paul van Ostaijen - Avondgeluiden
Het gedicht ‘Avondgeluiden’ van Paul van Ostaijen is één van zijn (vele) nagelaten gedichten. Wim Kleisen leest het als een droomgedicht, in de traditie van Jan Luyken en P.C. Hooft.