Archief
Zaterdag 18 juni: Ongehoord en Poetry International
Klassieker 145: Piet Paaltjens - Het monster
Joris Lenstra bespreekt 'Het monster' van Piet Paaltjes (1835-1894). Het gedicht behandelt de twee meest bekende levensfasen van de dichter: zijn zorgeloze studententijd en zijn positie als dominee.
Jane Leusink - Tot alles goed strak staat
De acht driedelige reeksen zijn een feest om te lezen. Het is krachtige poëzie, rijk van taal, gevarieerd van inhoud, soms glashelder en soms raadselachtig, op een gedoseerde manier persoonlijk, altijd intrigerend. En er spreekt een bepaald zelfvertrouwen uit, dat maakt dat Leusink ook dúrft te schrijven, de ruimte neemt - veel gedichten zijn bladvullend. Joop Leibbrand over Tot alles goed strak staat, de vierde bundel van Jane Leusink
Gedichten Anneke Haasnoot
Anneke Haasnoot
RAMSBECK
Zo liefelijk als het stadje was
Zo toegetakeld de poëet
Van wie niet een de naam nog weet
Van wie niet een de verzen las
Versvoeten vol versplinterd glas
Spoorden het dier aan dat hij reed
De schrijftaal die hij openreet
Vormde een incompleet karkas
Het vakwerk dat het stadje sierde
Kenmerkte hem nu niet bepaald
Tot hij een kleine kerk bezocht
Waarin een stilte open kierde
Die maakte dat een man, verdwaald,
Niet meer tegen zijn tranen vocht
Alles, door hem al aangehaald
Bleek in reliëf te zijn vertaald
Gedichten
Peter Mangel Schots
My Funny Valentine
Waaruit onvermijdelijk de dingen zich
ontvouwen: de plooien van het tafelkleed,
de stoel aandachtig achteruitgeschoven waarop
een jurk zich drapeert, haar glazen muiltjes
die de uren vangen. Onder haar handpalmen
stolt water tot bestek. Lakeien fladderen af
en aan terwijl de keuze ons geboden is
uit spijzen: kogelvis,
sint-jacobsvruchten in parfait d’amour,
artisjokharten op een huwelijksbed met krieltjes
en merengue toe,
een armagnac met vreemd boeket.
En weer in de beslotenheid: haar Griekse silhouet,
haar daden onveranderlijk, het spel dat zij
met zorg in scène zet. Om middernacht
legt zij de werkelijkheid af, bouwt uit ademto
Anneke Haasnoot
Eind mei 2011 presenteerde Anneke Haasnoot (Den Haag.1953) de gedichtenbundel Binnen mijn zinnen bij de Witte Uitgeverij te Leiden. In 2002 verscheen het allegorische prozaverhaal De golf van snik en samen met Manja Herstel schreef ze diverse artikelen voor Het Beeldende Kunstjournaal. Meander mag uit de nieuw verschenen bundel de gedichten 'Ramsbeck', 'Geduld' en 'Etty' publiceren. Uit het gedicht Geduld komt de titel van de bundel.
De sluipweg van de waarneming
Peter Mangel Schots werd geboren in Lier op 30 oktober 1972. Hij groeide op in Heist-op-den-Berg en liep school in Hulshout, waar zijn ouders lesgaven. Zijn middelbaar onderwijs volgde hij in Lier en nadien trok hij naar Leuven waar hij eerst aan de K.U.Leuven ging studeren en waar hij zich nadien ook vestigde. Literatuur en schrijven namen al die tijd een belangrijke plaats in zijn leven in.
Lies Van Gasse - Brak de waterdrager
In 'Brak de waterdrager' verwerkt Lies Van Gasse een persoonlijk verlies tot poëzie. Volgens de tekst op de achterkant tot aangrijpende poëzie, maar dat lukt niet overal. Op een enkel treffend moment na, is het taalgebruik in deze bundel wat geforceerd afstandelijk.
Kees Godefrooij - Rouge Noir
In Rouge Noir van Kees Godefrooij vormen de prozagedichten de hoogtepunten. Voor een volgende bundel vraagt Joop Leibbrand wel om meer onbetamelijkheid en zondigheid, om hetere vuren!
Raj Mohan - Tihá / troost
De van oorsprong Hindostaans-Surinaamse dichter Raj Mohan schreef met tihá / troost zijn tweede bundel. Het sterkst is hij nog steeds in zijn liedteksten, waarin authentiek een eigen stem klinkt.
Theo Magito en Henk Sissing (sam.) - Soms moet het werkelijk stil zijn
In Soms moet het werkelijk stil zijn… (de eerste regel van een van Ed Leeflangs mooie gedichten uit Op Pennewips plek) verzamelden Theo Magito en Henk Sissing 245 onderwijsgedichten vanaf 1591, het verschijningsjaar van 'Regel der Duytsche schoolmeesters' van D. A. Valcooch.
Gedichten
Gedichten
Nicole Teunissen
Ik zal nog eens ergens een punt achter zetten
Ik kwam niet meer buiten. Omdat alles troebel was,
waren komma’s kikkervisjes en het ging al meer
over sloten dan over wat ik besloten had.
Iemand die niet wist dat ik op een flat woonde,
deed mij een boek over vijvers cadeau.
Er stond in hoe je een natuurlijke omgeving
kon scheppen.
In het drassige gebied tussen
beschermd en bedreigd voelde dat
natuurlijk heel anders.
Aan de hand van bepaalde bronnen bepaalde ik
dat niet gescheiden, niet alleen
voor land en water steeds de beste optie was,
zodat je ten slotte opnieuw kon beginnen
Poëzie, proza en alles daartussen
Nicole Teunissen (1987) schrijft in veel genres. Ze won prijzen bij Met andere zinnen, Kunstbende, Writenow en CC De Kern en publiceerde in Passionate Magazine, Lava, Krakatau, Meander en Tirade. Ze heeft een eigen blog, trad op allerlei plekken op en was te horen bij Opium op Radio 1. Ze vertelt Meander over memorabele optredens en over de meest bijzondere prijs die ze won.
Woorden als advocaat in een chocolade-eitje
Elma van Haren (1954) studeerde vijf jaar aan de kunstacademie in Den Bosch, vervolgens was zij werkzaam als beeldend kunstenaar en legde zij zich steeds meer toe op het schrijven van poëzie. Ze debuteerde in 1988 bij Uitgeverij de Harmonie met de bundel De reis naar het welkom geheten. Dit debuut werd bekroond met de C. Budding’-prijs voor nieuwe Nederlandse poëzie. Hierna publiceerde ze nog diverse gedichtenbundels waaronder Grondstewardess en Schuinvallend oog. Sinds 1998 publiceert ze ook gedichtenbundels voor kinderen. Naast haar werk als dichter geeft Elma van Haren les aan de Schrijversvakschool in Amsterdam.
Al zeggend zwijgen
De Spaanse Cecilia Quílez Lucas (1965, Algeciras), publiceerde tot dusver vier dichtbundels: La posada del dragón (Ed. Huerga & Fierro), Un mal ácido (Ed. Torremozas), El cuarto día ( Calambur) en Visteme de largo (Calambur). Sander de Vaan had een mailgesprek met haar en Fa Claes vertaalde een aantal van haar gedichten.
Gedichten
Cecilia Quílez
DE BEKORING LEEFT HIER
Op de venusheuvel tekent het bloed
de uitgestelde loop
van onoverkomelijke stromingen.
Overwin je aan mijn liezen.
De polsslag wordt gewiegd door het schuimspoor
dat in de bres het delicate litteken laat stollen.
Stort je leeg in mijn vervoering en je bent onderworpen.
De boog van je voorhoofd zal fonkelend gespannen staan
en een werktuiglijke siddering zal wonderbaarlijk voordragen.
Elke nacht rijs ik op uit de overwinning
want elke morgen sterf ik verslagen
in de onzekere belegering door het volgende huzarenstuk.
Klassieker 144: Jules Deelder - Nationaal gedicht
In deze nieuwe aflevering de eerste bijdrage van Paul de Jong, die aantoont dat Jules Deelder als dichter niet onderschat mag worden, zeker niet als hij stem geeft aan de verwerking van een nationaal trauma. Meer dan anders is de bespreking deze keer toegeschreven op jongere lezers. Het gedicht vraagt erom.
Lotte Dodion bij 'Ongehoord'
Krijn Peter Hesselink - de uitputting voorbij
Als geheel lijkt De uitputting voorbij van Krijn Peter Hesselink haast meer op een fragmentarisch uitgevoerde roman over een doodlopende liefde dan op een poëziebundel. Geen erg meeslepende roman, want de gebeurtenissen die de dichter overkomen – hoe interessant ook op zichzelf – worden teveel toegespitst op de beleving van de dichter, te particulier uitgewerkt. Iets wat paradoxaal genoeg deze ‘gemakkelijk toegankelijke’ poëzie toch weer hermetisch maakt.
Anneke Brassinga - Ontij
Als je in Ontij van Anneke Brassinga begint te lezen, raak je verzeild in een wereld die niet lijkt wat ze is, waarin de ik eigenlijk niet zou willen verkeren, maar er niet aan kan ontkomen. Direct voel je de spanning die er in haar poëzie hangt. Onontkoombaar. Heftig. Dwingend. Onvoorspelbaar.
Gedichten
Corné van 't Wout
Pannenkoekenhuis
wij waren stroopkinderen
soms dropen we van tafel
zomaar vlekkend op de grond
vloekend
naast de lege fles
zei moeder dan
dat vader net zijn achtste dood
was gestorven
zijn klompen bij het vuur
en wij -niet beter-
wetend
zwegen
Een gedicht dat begint bij de eerste letter
Corné van ’t Wout (1976) uit Boskoop treedt naar buiten met zijn poëzie, na – bij benadering – zijn eerste poëtisch lustrum te hebben gevierd. Meander maakte kennis met een dichter over spannings- en 'emotievelden', kikkers uit de lucht vangen en het beginnen van een gedicht.
Gesprek met Annette van den Bosch
Annette van den Bosch maakte vanaf 2002 deel uit van de redactie van Meander. Zij schreef recensies en interviews. Ook maakte zij een begin met ‘Mals groen’, een rubriek voor aanstormend dichttalent. Toen zij in 2004 bij de Koninklijke Bibliotheek in Den Haag ging werken, stopte haar werk voor Meander. Zij bleef nog wel tot 2007 adviseur van de Stichting Literaire Activiteiten Zeist en was daar voorzitter van de jury bij de Poetry Slam.