Archief
Edwin Fagel - Het extatische landschap in
Hans Franse is enthousiast over de nieuwe bundel van Edwin Fagel, omdat de gedichten een consistent geheel vormen en –in tegenstelling tot veel vrijblijvende hedendaagse poëzie– een onderwerp hebben dat ertoe doet. Bovendien realiseren zij de oerfunctie van het gedicht: de bezwering, de eenwording. ‘Het extatische landschap in’ laat zien, dat er “in deze materialistische tijden nog plaats is voor mystiek.”
Serpil Karisli
Voor Serpil Karisli transformeert poëzie de realiteit naar een wereld van verbeelding, aanraking en betovering. Bij Boekscout verscheen onlangs de bundel Stilte praat niet, maar Meander mocht drie nieuwe gedichten publiceren.
Lévi Weemoedt - Pessimisme kun je leren!
De bundel ‘Pessimisme kun je leren!’, samengesteld door Özcan Akyol, is een verjaardagscadeau voor de zeventigste verjaardag van Lévi Weemoedt. Terecht, vindt Inge Boulonois: ‘In de wereld van de letteren was Weemoedt indertijd een grote naam. Samen met Hans Dorrestijn introduceerde hij 'De Nieuwe Treurigheid', een stroming waarin weemoed en pessimisme met een liefst forse dosis humor worden opgevrolijkt.
"Regelmatig moet ik naar buiten om te kijken of de zon nog schijnt"
In de nieuwe serie ‘gesprekken met medewerkers‘ no 3: Sander de Vaan over "het mooie van deze site", Bal zoekt Man, culinaire hoogtepunten en "ongelooflijk veel goede dichters in de rest van de wereld"
Hans Dekkers - De bedwelmingsman verroert zich
Joop de Vries: ‘Hans Dekkers heeft zich met deze gedichtenbundel geen goede dienst bewezen (…) Zijn poëzie is niet uitnodigend, te vaak gedesemantiseerd en door het ontbreken van noodzakelijke interpunctie niet bepaald lezersvriendelijk. Jammer, aan fantasie en levenservaring ontbreekt het hem niet.’
Peter de Volder
In begrijpelijke beelden een wat absurde werkelijkheid maken met lawaai in de gedichten. Kunstenaar, dichter Peter de Volder wil het zacht stemmige liever slechts als het bruikbaar is.
Mirjam van Hengel – Een knipperend ogenblik. Portret van Remco Campert
‘Een knipperend ogenblik. Portret van Remco Campert’ van Mirjam van Hengel leest lekker, vindt Ernst Jan Peters. De biografie van de bijna 90-jarige dichter Campert probeert op associatieve wijze werk en leven te verbinden. Dat lukt vaak erg goed, en toch blijft het raadsel Campert bestaan. Gelukkig maar.
Klassieker 225: Mieke van Zonneveld – Queeste
Het gedicht ‘Queeste’ van Mieke van Zonneveld werd op 21 juli 2018 op Neerlandistiek.nl gepubliceerd in het kader van Marc van Oostendorps langlopende project ‘Een geschiedenis van het Nederlands in 196 sonnetten’. Geen klassieker in de zin van ‘de tand des tijds doorstaan’. Inge Boulonois was echter direct door dit gedicht gefascineerd. Ze legt voor ons enkele geheimen van dit sonnet bloot. Maar de lezer moet ook zelf aan de slag: het laat ook na herhaalde lezing veel te raden over.
Bertje van Delden - Onbestendig
‘Onbestendig’ is de debuutbundel van Bertje van Delden. Peter J.R. Vermaat: ‘De natuurlijke omgeving, beïnvloed en vooral gekleurd door de weersgesteldheid, wordt in veel gedichten in deze bundel aangewend om de gemoedsgesteldheid van de dichter over te brengen in de taal. (…) Er is geen sprake van een hogedrukgebied, noch van een lagedrukgebied, maar van een ‘onbestendig’ weertype, een dag die nog van alles kan worden (…).
‘schrijven met goesting’
"Ik denk dat er sprake is van een zekere mate van schizofrenie waarin de dichter in symbiose leeft met de beeldend kunstenaar. Ze vormen twee zijden van eenzelfde medaille. Dat samenleven gaat net zoals in elke relatie met ups en downs." Steven Van Der Heyden is een veelzijdig kunstenaar.
J. Slauerhoff - Verzamelde gedichten
Er is een geheel nieuwe uitgave van de Verzamelde gedichten van Slauerhoff (1898 – 1936) verschenen, bezorgd door Hein Aalders en Menno Voskuil. De inhoud, volgorde en structuur van de bundels zijn gereconstrueerd, de verspreid verschenen gedichten zijn chronologisch opgenomen en de nagelaten dichten rond thema’s omdat de chronologie niet meer was te achterhalen. Voor liefhebbers is dit een onmisbare uitgave.
Een recensie door Hans Puper.
Open de Koepel
Poëzie om de wereld te veranderen. Met een bijdrage aan het kunstproject Architectual Healing heeft de Haarlemse Dichtlijn geholpen de naargeestige sfeer uit het monumentale gevangenisgebouw, de Koepel, te verdrijven. Een voorpublicatie van drie gedichten uit de bundel, geschreven door de organiserende dichters van dit project. Uitgave in de PoezieWeek, januari 2019, die als thema Vrijheid draagt.
Bert Kooijman – Binnen bereik
Romain John van de Maele volgt al meer dan veertig jaar het werk van Bert Kooijman. Hij beschouwt diens jongste bundel ‘Binnen bereik’ als een daad van rechtvaardigheid: de dichter heeft vroeger vaak zijn moeder herdacht, nu zijn voor het eerst ook gedichten aan zijn vader gewijd. De bundel als geheel doet hem qua sfeer aan de herinnerings- en afscheidsgedichten van Louis Paul Boon denken. ‘Het is een sobere bundel, vol gedichten die als het ware gesneden zijn in jade om de emotie te vrijwaren.’
Taco van Peijpe
“Poëzie is voor mij een taalspel en een binnenweg naar het gevoel.” Taco van Peijpe legt de route voor ons neer.
Onno Kosters - Waarvan akte
Ivan Sacharov bespreekt de bundel ‘Waarvan akte’ van Onno Kosters door uitgebreid in te gaan op drie representatieve gedichten. Een karakteristiek: ‘De dichter lijkt heel ambivalent in zijn denken en neemt in zijn taal graag nauwe bochten om al de facetten van deze ambivalentie mee te kunnen nemen. (…) Soms verliest hij door de vele vernuftigheden een beetje de grote lijn uit het oog en maakt het gedicht gevoelsmatig misschien toch niet zoveel indruk als het potentieel zou kunnen.’
"Ik heb prachtige ontdekkingen gedaan"
"Wat ik leuk vind aan recenseren is bezig zijn met woord en tekst, proberen de kwaliteit ervan onder woorden te brengen en ook weer te geven, zodanig dat de kwaliteit van de poëzie boven de schrijver gaat." aldus een enthousiaste Hans Franse.
Jelmer Esmyn van Lenteren - Het is koud waar ik niet ben
‘Het is koud waar ik niet ben’ is het debuut van Jelmer Esmyn van Lenteren. Het papieren debuut althans, want hij is allang een gevestigd internetdichter. De grondtoon van zijn gedichten is somber, maar humor en verbeeldingskracht vormen een tegenwicht en dat levert regelmatig verrassend goede gedichten op. Als die elementen ontbreken, zijn de gedichten minder interessant, maar slecht zijn ze nooit.
Een recensie door Hans Puper.
Eke Mannink
'De taal van het begin' in de gedichten van Eke Mannink die dit jaar debuteerde met een schrijnende roman, Zo stroom ik van je over.
Wibo Kosters - Inwoner
Of je wilt of niet, de gedichten van Wibo Kosters sleuren je mee de stad in en laten je die zien zoals je hem nooit eerder zag. Een brievenbus die nooit geleegd wordt, IJsselschepen als doemprofeten, warme dagen waarop het geweld toeneemt, eenogige feeksen en de muziek van Neil Young als soundtrack. ‘Inwoner’ is het debuut van Wibo Kosters, en is verluchtigd met eigenzinnige illustraties van zijn broer Bas. Maurice Broere: ‘Een toegankelijke bundel met een gevarieerde inhoud, mooie observaties en humor.’
Rens van Hoogdalem
"Van de dingen die altijd net wat anders", een flirt met Filosofie, Nederlands, klassieke muziek, toneel en Rens van Hoogdalem.
Gerda Blees - Dwaallichten
Herbert Mouwen trof in de debuutbundel ‘Dwaallichten’ van Gerda Blees een aantal mooie gedichten aan met een ‘krachtige persoonlijke beeldtaal’. Toch is hij niet geheel tevreden: ‘ik verdwaalde in een aantal poëtische zoektochten van personages (‘de dwaallichten’?) waar ik weinig mee kreeg en dat betreur ik. Wel ben ik nieuwsgierig hoe zij zich als dichter gaat ontwikkelen.
"Ik doe aan kwaliteitsbewaking"
In de nieuwe serie 'gesprekken met medewerkers' :
Marten Janse praat met Tijs van Bragt, die wekelijks naar de ingezonden gedichten kijkt.
Jean-Pierre Siméon - Brief aan de geliefde omtrent de dood. Lettre à la femme aimée au sujet de la mort
Paul Roelofsen las de tweetalige bundel ‘Brief aan de geliefde omtrent de dood - Lettre à la femme aimée au sujet de la mort’ van Jean-Pierre Siméon. ‘Wat direct opvalt is de niet aflatende beeldspraak in de gedichten, dikwijls treffend, vaak raadselachtig en niet zelden onbegrijpelijk.’ Desondanks werd Roelofsen ‘voortgezogen’ naar de climax.
De vertaling is van Lucienne Stassaert. Daarover is hij minder te spreken.
Gerard Beentjes
Dichter, docent schrijven, redacteur Gerard Beentjes is daarnaast vrijwilliger bij het Taalcafé Eemnes, een ontmoetingsplek voor mensen die Nederlands willen leren. Hij is al jaren een warm pleitbezorger voor de poëzie en de kunst.