Archief
"Poëzie geeft mij ruimte om in een ander tempo een mening te vormen tussen alle snelle vormen van een reactie geven."
In het ouderlijk huis van dichter Meliza de Vries was geen stukje behang nog zichtbaar, op alfabetische volgorde stonden daar de boeken. Op ooghoogte voor haar stond de bundel van Neeltje Maria Min, Voor wie ik liefheb wil ik heten. Vanaf dat moment wist ze wat ze wilde: songteksten schrijven zonder muziek. Daarnaast betekent taal vooral communicatie.
Edward van de Vendel - Wat je moet doen als je over een nijlpaard struikelt
Eindelijk een poëziebundel waar je wat aan hebt, dacht Ernst Jan Peters bij het lezen van ‘Wat je moet doen als je over nijlpaard struikelt’. Gedichten waar je wat aan hebt van Edward van de Vendel. Nuttige en leuke bundel, ook door de illustraties van Martijn van der Linden, en niet alleen voor kinderen! Een recensie maken was een makkie want het laatste gedicht was er een waar je als boekbespreker meteen mee aan de slag kunt, weer een gedicht waar je wat aan hebt dus...
Jan J.B. Kuipers
'De dogma's knisperen nog zacht', dichter Jan J.B. Kuipers schuwt grote woorden niet en brengt ons van Het veld van eer de geschiedenis in en weer terug om dan te eindigen bij een meisje met vleugels en veren rommelig verspreid op het grindpad. Deze ervaren publiekshistoricus, prozaïst, jeugd- en SF-schrijver en dichter publiceerde meer dan 70 boeken en bracht net zijn laatste uit!
Ânne de Jong – Kerven
Recensent Christina Vanderhaeghe weet zich geraakt door ‘Kerven’ van de Groningse dichter Ânne de Jong. Een bundel waarin grote thema’s worden aangesneden, en waarin de dichter poëzie maakt van de vragen die de mens, vroeger en nu, bestormen. ‘Als een spel, dat verdwijnen, dat herontdekken, heruitvinden van taal voor het smeden van een stem, een persoon, anders dan jij, anders dan ik.’
Nieuwsbrief 40 / 6 oktober
Poëzie om te bewaren
‘Waar is de tijd? Hier is de tijd’, is een regel van zowel Herman de Coninck als Esther Jansma. De een gebruikt hem in het gedicht Meisje, de ander in het sonnet Archeologie in de bundel Hier is de tijd. Jan Loogman zet de tijd stil in deze nostalgische column waarin hij zijn ouders terugziet, de beukenlaan rond de kerk, het café en de bundels in zijn boekenkast.
Yvette Rombouts
De gedichten van Yvette Rombouts zijn vaak observaties van alledaagse situaties, ze kijkt goed om zich heen, portretteert graag mensen en heeft een liefdevol oog voor de details. En bij alles dat ze ziet, stelt ze zich vragen die ze aan ons voorlegt in mooie zinnen. In de witregels zit nog een andere wereld verscholen, waarin we ons even kunnen terugtrekken alvorens verder te lezen.
Jacobus Bos - De waan en zin van het bestaan
Kamiel Choi over ‘De waan en zin van het bestaan’ van Jacobus Bos: “Waanzin is niet de afwezigheid van zin, maar op hol geslagen zin. We mogen poëzie verwachten die vanuit het perspectief van de waan de zin op de hielen zit. (…) Naar mijn smaak hebben veel gedichten net niet de kracht om bij herlezing te ontkomen aan hun zelfontkenning of verkitsching, wellicht omdat ze te ‘uitleggerig’ zijn en het perspectief van de waan voortijdig opgeven, waardoor ook de zin vervluchtigt.”
'Het is moeilijk, zo niet onmogelijk, om objectief een gedicht te beoordelen.'
In de serie ‘gesprekken met Meandermedewerkers’ het zestiende gesprek, met Janine Jongsma. Als organisator van de Rob de Vos-prijs geeft ze haar mening over poëziewedstrijden, laagdrempeligheid, juryleden, verdienmodel èn de bekendste gedichtenwedstrijd: de Turing. Na tien jaar als deelnemer aan wedstrijden, is het heel bijzonder nu aan de andere kant te staan.
Jan Vanriet – Kouwe kleren. Gedichten 2008-2019
‘Kouwe kleren’ van schilder en dichter Jan Vanriet is samengesteld uit drie eerdere bundels en niet eerder gepubliceerde gedichten. Romain John van de Maele richt zich in deze recensie op de wisselwerking tussen woord en beeld enerzijds en ’s dichters engagement anderzijds. Van de Maele: [Bij Vanriet is] ‘de taal is onze eerste en laatste burcht. Met woorden kunnen we ons herdefiniëren en verdedigen. Een dubbeltalent als Vanriet kan bovendien die strijdbare houding ook in beelden vorm geven.’
De favorieten van Paul Roelofsen
In de serie "favorieten van Meandermedewerkers" presenteert Paul Roelofsen zijn drie lievelingsgedichten. Hij koos voor werk van de dichters Menno Wigman, Carlos Drummond de Andrade en Jan Wagner.
Wibo Kosters – Wegenkaart
Wibo Kosters nam op een bijzondere manier afscheid van zijn stadsdichterschap in Deventer. Geen bundel op papier, maar gedichten op vinyl. De samenwerking met andere artiesten bracht een nieuwe laag aan in zijn werk. Kosters benadrukt zo het belang van poëzie als verbindend element, zowel tijdens als na zijn stadsdichterschap. Eric van Loo las en luisterde met veel plezier naar ‘Wegenkaart’.
Nieuwsbrief 39 / 29 september
De angst voor natte voeten, oftewel: poëzie die staat als een kluis
Dichter Rogier de Jong houdt niet van raadsels of geheime genootschappen. Dat poëzie geen exclusieve club is met een cijferslot op de deur, hoewel gedichten soms misschien ondoorgrondelijk en moeilijk lijken, licht hij in deze column - met voorbeelden - toe. Terwijl hij zich hardop vragen stelt, mag poëzie alles hebben en alles zijn en moet ze helemaal niets!
Dick Roggen
‘De eenling die hij werd en misschien ook wel wilde zijn’, zo staat deze dichter beschreven op de site die onlangs ter herinnering aan hem in het leven werd geroepen. Met weemoed en eenvoud weet Dick Roggen, twintig jaar na zijn overlijden, nog steeds te raken. Het verlangen beschreven maar niet nader uitgelegd.
Poëzie Kort 2019 / 9
In de nieuwe ‘Poëzie Kort’ recensies van Maurice Broere, Eric van Loo en Lennert Ras over de bundels ‘Baah baaah krakschaap/De P van winterslaap’ van Martijn Benders, ‘op de rand van het zwijgen’ van Akim A.J. Willems en ‘Landschap van mijn zijn, Spiegelfragmenten’ van Sjaak Klaver.
Pieter de Bruijn Kops - De minderweter
Hans Puper over ‘De minderweter’ van Pieter de Bruijn Kops: ‘[Het] is een bundel die tot nadenken stemt over poëzie , tot minder weten wellicht, maar dat is alleen maar goed. Aan vastomlijnde ideeën over regels waaraan poëzie zou moeten voldoen, heb je niets. Dan kun je net zo goed stoppen met het schrijven en lezen van gedichten en iets nuttigs gaan doen.’
Inge Boulonois
Als je van origine beeldend kunstenaar bent zoals dichter Inge Boulonois, hoor je nog meer van wat de kunstenaar wil zeggen met en op zijn schilderijen. Zij vertolkt dat vervolgens prachtig in haar 'serieuze' gedichten. Ook haar light verse inspireert tot nog beter kijken! Elke week een actueel snelsonnet op www.gedichten.nl.
Frank Koenegracht – Alle gedichten
Kamiel Choi las met veel plezier ‘Alle gedichten’ van Frank Koenegracht. “Dit is een fascinerend, eigengereid, en springlevend oeuvre dat, omdat het zichzelf en de wereld niet te serieus neemt, ons trakteert op mokerslagen van inzicht in de menselijke conditie.” Absurde associaties, verstilde observaties, ingetogen elegieën en epigrammen: herleesbare poëzie.
Nieuwsbrief 38 / 22 september
Johannes heeft het moeilijk
Hans Puper: 'Een tijdje terug zag ik tot mijn verrassing Johannes staan op een druk perron in Arnhem. Ik had hem al 25 jaar niet gezien. Hij was kaal geworden en had geen snor meer, maar verder was hij weinig veranderd. Hij herkende me niet; ik moest hem vertellen dat we heel goede collega’s zijn geweest. Hij bleek nog dezelfde vriendelijke tobber als toen.'
Klassieker 233: Chr. J. van Geel – Lichtval
Zoals in zoveel gedichten van Chr. J. van Geel speelt de natuur een grote rol in het hier besproken ‘Lichtval’. Geen eenvoudig gedicht. Van Geel kan vaak kort van stof zijn, hoewel hij zijn taal hier minder heeft ingedikt. René Leverink blaast de regels nieuw leven in.
Willy Spillebeen - Microkosmos
Peter J.R. Vermaat over ‘Microkosmos’ van Willy Spillebeen: “Aan het eind van dit jaar wordt Spillebeen 87 jaar en over de hele bundel heen hangt de sfeer van het terugdenken, het enigszins droevig bezingen van wat was en niet meer terugkomt. Zo beschouwd is zijn huidige leven mogelijk een ‘microkosmos’ vergeleken met wat het eens was, of wat hij in zijn jeugd meende dat het zou moeten worden.”
"Ik wil treffen door eenvoud"
Het werk van Femke Vindevogel is een reflectie van haar leven en interesses van het moment. Als het leven verandert, zal haar werk mee evolueren. Ze uit zich in muziek, tekenen en schrijven en heeft dat allemaal nodig om zich compleet te voelen, rusteloos wordt ze als ze niet schrijven kan. Talent drijft altijd boven, kijk maar naar haar!