Archief
Mark Meekers (sam.) - Verbarium
De Vlaams-Nederlandse literair-culturele vereniging Concept houdt na vijfentwintig jaar op te bestaan. Zij laat de verzamelbundel Verbarium na.
Klassieker 149: Guy van Hoof - Bestand
Rik Wouters bespreekt 'Bestand' van Guy van Hoof. Van Hoof is een autobiografisch schrijver, één van die zeldzame dichters die zichzelf in zijn gedichten openbaart of zelfs prijsgeeft en zich daardoor naar de lezer toe kwetsbaar opstelt.
Marleen de Smet
Van Marleen de Smet (1959) kwam in 2010 een derde dichtbundel uit : Tussen schaduw en schittering bij Uitgeverij Demer. Haar eerste bundel verscheen in 2002 Groeipijnen en in 2005 volgde de tweede onder de titel Vreemd hoe het gaat. Ook publiceerde zij een historische roman en haar gedichten werden opgenomen in meerdere bloemlezingen en in tijdschriften als Schoon Schip, De Auteur, Opspraak en Meander. Ook verleende ze haar medewerking aan talrijke literaire en niet-literaire evenementen. Twee gedichten zijn permanent te lezen in de Poëtische steegjesroute van Geraardsbergen.
Gedichten
Marleen de Smet
Van alle tijden
Ze woont in haar sloffen en hinkt
slijtgangen in haar hoofd. Voorbij
de verdwijnlijn de gloedlagen nu
het vage vuur. Ooit, ja ooit kroop
het oog de slingering van haar lenden
omhoog. Blijf, blijf. Maar wat blijft
weegt in haar weke lijf. Wacht, bleke
lijfwacht wacht, nog schittert licht in
haar witzilveren haren en in het zilver
bloost ze schemer, opent ze dagen
zoals morgens de moed: traag
in een, twee, drie verrekte veren.
Rolien Scheffer, Arjen Nolles en Maarten Praamstra (sam.) - Oog in oog
'Vergeet de voordrachten, slams en hippe festivals; léés de poëzie', bevelen de samenstellers van Oog in oog. Dichters in de Prinsentuin 2011. Hiernaar luisteren kan voor een koopje. De variatie is in ieder geval groot.
Gedichten
Tomas Tranströmer
Allegro
Ik speel Haydn na een zwarte dag
en voel een simpele warmte in mijn handen.
De toetsen zijn willig. Milde hamers slaan.
De klank is groen, levendig en kalm.
De klank zegt dat de vrijheid bestaat
en dat iemand de keizer geen belasting betaalt.
Ik steek mijn handen diep in mijn haydnzakken
en doe als iemand die de wereld in alle rust aanschouwt.
Ik hijs de haydnvlag dat betekent:
'Wij geven ons niet over. Maar willen vrede.'
De muziek is een glazen huis op de helling
waar stenen rondvliegen, stenen rollen.
En de stenen rollen er dwars doorheen
maar iedere ruit blijft heel.
Nobelprijs literatuur voor Tomas Tranströmer
Tomas Tranströmer heeft de Nobelprijs voor literatuur 2011 gewonnen. Vijf jaar geleden, toen er al werd gefluisterd over Tranströmer's kansen op die prijs, besteedde Meander aandacht aan zijn werk. Wij publiceren nogmaals het interview met vertaler Bernlef, een essay van Bernlef over Tranströmer en een aantal vertaalde gedichten.
Gedichten
Kostas Montis - Vaak boos, altijd liefdevol
Dankzij vertaler Hero Hokwerda presenteren wij hier werk van de Cypriotische dichter Kostas Montis (1914-2004). Montis werd met name bekend vanwege zijn Momenten en zijn drie Brieven aan Moeder. Beide zijn in tweetalige edities verschenen bij uitgeverij Ta Grammata (of voorgangers daarvan).
Gedichten
Tijs van Bragt
Rotterdam
Hier zijn geen velden
Boven de haven hangen wolken
En trams trekken lijnen van staal
De stad spreekt niet mijn taal
En de mensen groeten niet
Schippers lopen hier hun ritme
Hun avond brengt madammen
En in de ochtend is men brak
De bloesem pluist aan elke tak
Maar de mensen zien het niet
De stad waar ik geboren ben
Het eerste licht in mijn ogen
Onze lijn werd hier bewaard
Mijn naam in haar speelkaart
Maar de mensen weten niet.
Stapels papier die de wereld ingaan
Tijs van Bragt (1985) heeft er inmiddels ruim een kwarteeuw op zitten, waarvan hij de helft al bezig is met taal. De geboren Rotterdammer groeide op in Boxtel en woont nu in het Zeeuws-Vlaamse Groede. Hij viel onder meer op bij de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd.
Piet Gerbrandy - Smijdige witheid
Johan Reijmerink vraagt zich in zijn uitvoerige bespreking van Piet Gerbrandy's Snijdige witheid af of diens tekst niet een erg hoog filosofiegehalte heeft. Is een schepping van lange adem naar klassiek model (de Vertroosting van de filosofie van Anicius Boëthius) geschikt om de lezer van deze tijd te bereiken?
Het fragmentarische karakter en de vermenging van allerlei genres zijn niet bevorderlijk voor de toegankelijkheid. De verhaallijn is dun en het essayistische is daarbinnen enerzijds te incidenteel en te expliciet en draagt onvoldoende bij aan de versterking van het narratieve deel van de tekst. Er valt aan te nemen dat Gerbrandy zelf aan het maken van deze vertroosting
Poëziepodium Ongehoord op 25 september
Erupties van gedachten
Joyce de Badts (1981) schreef al eerder gedichten, maar deed ze ook weer weg. Dit jaar begon ze opnieuw en ze schrijft nu op regelmatige basis. Wat haar raakt, is poëzie waarbij iets wat niet in één term is te vatten, toch vorm krijgt.
Gedichten
Joyce de Badts
Kijk, sorry dat ik dit nu zo moet zeggen, maar
als gij uw tong laat uitrusten in mijn mond
dan is dat geen poëzie.
Kijk, het zit zo
als uw poot mijn hals omvat, mij zeker optilt
dan is dat godzijdank geen verhaal, zelfs geen aanzet daartoe.
Zie,
als gij uw armen opvult, met mijn rug bijvoorbeeld, dan ben ik
vergeef mij dat ik dit zo zeg, zo platvloers misschien, maar dan ben ik
gerief, hoe heet zo’n ding, een inbus, waar gij dingen recht mee trekt,
iets mee vastschroeft voor de eeuwigheid.
Of wat daarbij in de buurt komt.
En ik weet het, nogmaals sorry, maar ik ga dit toch liefde moeten
noemen.
Gij houdt niet van woorden, dat weet ik ook wel
Klassieker 148: Hans Faverey - Het sneeuwt
Herbert Mouwen bespreekt 'Het sneeuwt' van Hans Faverey.
"Bij elke lezing word ik geboeid door het volgende: het gedicht is opgebouwd uit slechts drie zinnen en wanneer ik het gelezen heb, lijkt alle inhoud eruit verdwenen, is er niets overgebleven. Hoe kan een gedicht zoiets bij de lezer teweegbrengen? En: waar blijf ik als lezer na lezing van Faverey’s gedicht?"
Ellen Deckwitz - De steen vreest mij
Dikwijls is in poëzie datgene waar je het meest aan moet wennen ook het meest interessante. Ivan Sacharov komt in De steen vreest mij van Ellen Deckwitz volop aan zijn trekken, ook al begeeft de dichteres zich met haar drang om een gepolijste bundel af te leveren op glad ijs.
Nieuwe gedichten Hedwig Selles
‘Ik zorg voor mezelf, zodat ik voor poëzie kan zorgen’, was het credo van Hedwig Selles (Zwolle, 1968) in een interview dat Meander Magazine met haar hield in 2007. Dat is in steeds sterkere mate een gouden formule gebleken.
Na haar debuut Jaarringen (De Beuk, 2002) verscheen IJzerbijt (Windroosreeks, Uitgeverij Holland, 2008) en recentelijk bij Uitgeverij P (Leuven, 2011) haar laatste bundel Schadenfreude, waar Meander Magazine een lovende recensie aan wijdde. Onlangs zond de dichteres ons drie nog niet eerder gepubliceerde gedichten.
Gedichten
Coen Peppelenbos - Vallende mannen
In Vallende mannen, de tweede bundel van Coen Peppelenbos (1964), loopt het in verschillende gedichten niet goed af. In 'Voorpijn' overheerst de angst voor ongeluk. In 'Zwembad' breekt een zus haar been. In 'Duif' houdt iemand zich bezig met het vergassen van de meest zachtmoedige vogels die er op de wereld bestaan.
Gedichten
Anneke Wasscher
wachten
het wachten kleeft als trage naaktslak
vast aan natte tegels, zo troosteloos
met nog een lange weg te gaan
de tijd lijkt zich te hechten aan de
zwarte vlakken, een klok verraadt
aanwezigheid met nadruk van een tik
mijn glimlach heb ik afgedaan
illusie doolt nog met gesloten ogen
misschien beweegt de wind het licht
ik raak de angst aan met een rusteloos
verdoven, het spook van spanning
heeft een strak gezicht
de trilling van geluid meldt een bericht
en zet het pijnlijk wachten stil
Foute woorden passen soms perfect
Anneke Wasscher (1946) dicht en schrijft korte verhalen sinds 2008. In die korte tijd heeft zij een aanzienlijke hoeveelheid prijzen gewonnen zowel voor proza als voor poëzie, waaronder de Gorcumse SNS Literatuurprijs 2008/2009. Tot twee keer toe is zij genomineerd voor de Piet Paaltjens schrijversprijs. Werk van haar werd opgenomen in diverse verzamelbundels en tijdschriften. Zij is regelmatig te horen op de poëziepodia in de provincie Groningen, de afgelopen maanden ook steeds vaker in steden als Amsterdam, Haarlem en Breda.
Leo Vroman - Daar
Leo Vroman toont in 'Daar' een grenzeloze nieuwsgierigheid naar de dood. Dat is begrijpelijk, gezien zijn hoge leeftijd. Hij beschrijft zijn verwachtingen over het moment van sterven en de tijd daarna in nuchtere bewoordingen en een ongedwongen stijl die doet vergeten dat de gedichten op rijm staan.
Berty Snellens - Het damesmeisje
Berty Snellens schreef met Het Damesmeisje een bundel die onomstotelijk haar bestaansrecht als dichter bewijst.