Archief
Niels Landstra - Entree naar de hemel
Hans Franse vindt ‘Entree naar de hemel’ van Niels Landstra zeer lezenswaardig: ‘Het zijn goed opgebouwde en muzikaal gevormde gedichten die door een milde ironie soms een sterk sociaal gevoel verhullen. Het komt mij voor dat de dichter lijdt aan deze wereld, dat hij de ‘entree van de hemel’ zoekt.’
"Dichters zijn getuigen van hun tijd"
Ali Serik denkt dat als hij zou stoppen met schrijven, hij in zijn hart blind wordt. Bij alles dat hij ziet, begrijpt hij niet dat mensen zo langzaam vooruitgaan. Daarom moeten we over meer dan ons eigen gevoel schrijven, dat zijn we verplicht. Als getuige van de multiculturele samenleving en de tijd maakt hij nog steeds gebruik van zijn inspiratiebron: de liedteksten van de volksdichters van zijn vaderland. "We moeten de mensen bijbrengen dat er een omslag nodig is."
Anneke Brassinga - Verborgen tuinen
Johan Reijmerink over ‘Verborgen tuinen’ van Anneke Brassinga: ‘[Zij] heeft ons een rijk palet aan kleuren en klanken voorgelegd, ingenieus gecomponeerd, verrassend uitgebeeld, en de complexe innerlijke en uiterlijke wereld daarmee recht gedaan. Onvermoeibaar blijft ze Pegasus bestijgen, gelukkig nog niet oud en der dagen zat.’
Rob de Vos (20 mei 1955 -2 april 2018)
Een jaar geleden overleed onze Rob de Vos. Met zijn levenswerk, Meander, zijn wij verder gegaan en gelukkig bent u als lezer bij ons gebleven. Hij had van gedichten helemaal geen verstand, zei hij, maar dat was natuurlijk helemaal niet waar.
Elsbeth Etty – In de man zit nog een jongen. Willem Wilmink – de biografie.
De levensbeschrijving van Willem Wilmink getiteld 'In de man zit nog een jongen' door Elsbeth Etty is volledig en eerlijk, maar mist warmte voor de dichter en diens werk, aldus Ernst Jan Peters. De innemendheid die Wilmink ook had tegenover veel mensen wordt weggeblazen door de intensieve inventarisatie van zijn onaangepaste gedrag. Een beetje meer verdieping van de psychologische factoren had vast een empathischer verhaal opgeleverd zonder dat het een hagiografie was geworden.
Méland Langeveld
De gedichten van Méland Langeveld hangen aan parkhekken en in etalages van bibliotheken maar worden ook gedanst en gezongen terwijl de titels serieuze pogingen zijn ons een uitweg te bieden uit deze ontwrichte tijd. Om ervoor te zorgen dat er van geen enkele dag een woord gestolen wordt, moeten we in gesprek blijven èn schrijven.
Elvis Peeters - Antithesen
Peter J.R. Vermaat over ‘Antithesen’ van Elvis Peeters: ‘Pagina na pagina is gevuld met een naar binnen gericht parlando, dat registreert, maar nergens treffend, bespreekt, maar nergens pakkend, beschrijft, maar nergens muzikaal in taal. (…) Ik vond [in de bundel] af en toe een vers om iets langer bij stil te staan, maar trof meestal met witregels vermengd proza aan.’
"In alles in de wereld is iets aanwezig dat vernietigt"
Moya De Feyter vindt het soms tergend om altijd – onbewust en soms ook ongewenst – met een schrijversblik naar de wereld te kijken terwijl interviewer Sacha Landkroon het als een zegen ervaart. Wil je weten waarom? Lees dan het 'grotere verhaal' en vooral de bijbehorende gedichten en werk je eigen performance uit!
Ali Şerik – De stem die baart
Herbert Mouwen over ‘De stem die baart’ van Ali Şerik: ‘Het is een markante bundel geworden met een diversiteit aan actuele onderwerpen. Scherpe observaties, direct taalgebruik en een hoge toegankelijkheid van zijn gedichten zijn kenmerkend voor zijn anekdotische manier van schrijven. (…) De stem van Ali Şerik spreekt volkomen vrijuit, zonder scrupules en klinkt welluidend. Die stem baart poëzie, brengt gedichten ter wereld en die zijn de moeite van het lezen waard.’
Hans Van Miegelbeek
Hans Van Miegelbeek signeert graag met een Gentse groet en hoe dat gaat, leest u in zijn zorgvuldig maar speels beschreven waarnemingen, kleine juweeltjes van dagelijkse gebeurtenissen in dorp en stad, relaties en milieu. De poëzie ligt als het ware voor het oprapen, alleen even bukken op straat.
Josse Kok – Probeert u het later nog eens
Berry Vos raadt aan ‘Probeert u het later nog eens’ hardop voor te lezen, bij voorkeur met een Dordtse tongval. Op papier is hij minder te spreken over Josse Koks tweede bundel: “Ik mis bij Kok vaak de pointe, en als die er is dan stelt die vaak teleur. Het is niet altijd duidelijk wat de dichter nou precies wil zeggen.” Wel laat de dichter zien over een rijke fantasie te beschikken, waarbij hij zich bedient van onwerkelijke, hallucinatoire beelden.
Jeanet Kingma
Als beeldend kunstenaar/graficus maakt Jeanet Kingma vooral kunstenaarsboeken waarin tekst en beeld worden gecombineerd. Ze maakt ook kinderboeken. In haar gedichten tref je dezelfde droomachtige samenstelling, collages van woord en flinterdunne tekening, waartussen je - bijna achteloos en alsof per ongeluk - jezelf aantreft, zwemmend!
Mark Meekers – uit de volière van mijn hart
Maurice Broere schreef een recensie over ‘uit de volière van mijn hart’, een selectie van Mark Meekers uit zijn ‘nagelaten gedichten 1958 – 1982’. De bundel telt 270 bladzijden. Broere is niet onverdeeld enthousiast. Hij mist ‘een kritische blik, waardoor een bloemlezing had kunnen ontstaan met een duidelijke thematiek, overzichtelijk voor de lezer. Hier geldt: niet het vele is goed, maar het goede is veel.’
Fluiten en dichten
In de tweede column van Jan Loogman gaan we verder met zijn training, oefening baart tenslotte kunst maar kunnen we dichten leren? Dichten is vooral kijken, we zetten het beeld nog even voor u stil. Wat heeft dit te maken met voetbal, scheidsrechteren en fluiten? Scheidsrechteren is kijken met een bepaalde bril, die bril bepaalt of er gefloten wordt of niet, hebben we zo'n bril ook op bij het schrijven?
Joep Kuiper - Hoop over been
Berry Vos over ‘Hoop over been’ van Joep Kuiper: ‘Dat er in deze bundel een voorwoord is opgenomen geeft te denken. Waarom laat de uitgever de poëzie niet voor zichzelf spreken?’ Toch valt er genoeg te genieten in deze bundel, ondanks de opvallende zwartgalligheid, die zijn oorsprong lijkt te vinden in een verloren liefde. De surrealistische beelden boeien vaak, al zijn ze soms lastig te interpreteren.
In memoriam Patty Scholten
Inge Boulonois schreef een prachtig In Memoriam voor Patty Scholten. Deze dichteres en stripauteur stond diverse keren op de Nacht van de Poëzie, was twee keer genomineerd voor de VSB-Poëzieprijs, ontving de Kees Stip-prijs, werd bijna Dichteres des Vaderlands en was stadsdichter van Renkum. Ze laat ons een schat aan tekeningen en gedichten na.
Roelof ten Napel – Het woedeboek
Het debuut van Roelof ten Napel is direct al genomineerd voor de Grote Poëzieprijs, die op 16 juni zal worden uitgereikt. Peter Vermaat is ook laaiend enthousiast over ‘Het woedeboek’. De recensent maakt een diepe buiging voor de dichter, die “geheel buiten de mode van pseudofilosofie en als surrealisme vermomde dronkemanspraat, met zijn dolk van taal het papierwit zo [weet] te kerven, dat het huilt en zingt.”
Klassieker 229: Johnny van Doorn – Een magistrale stralende zon
Ernst Jan Peters neemt ons deze maand mee naar de jaren zestig, naar slam poet avant la lettre Johnny van Doorn. Bijzonder hoe deze Johnny the Selfkicker in de loop der tijd salonfähig geworden is: de stad waarin hij opgroeide vernoemde zelfs een plein en winkelcentrum naar hem. ‘Een magistrale stralende zon’ is ook na een halve eeuw nog oogverblindend. Zowel op papier, als in de video die de lezer aan het eind van de bespreking voorgeschoteld krijgt. LEZEN! KIJKEN!
Kees Engelhart - Dagen. Band 1, Deel 3, Dagen van Van Putten
Hans Puper over het derde deel van ‘Dagen, Band 1, Deel 3, Dagen van Van Putten’ van Kees Engelhart: ‘[Het] is een epos over liefde en dood, het leven met al zijn pieken en dalen. Memento mori. Nadat Doppertjes geliefde paard Fernando rechtstandig is begraven, wordt er in plaats van een grafsteen een spiegel aan het hoofd van het graf neergezet. Wie daarin kijkt, weet wat ieders lot is, ook dat van Engelhart.’ Maar laten we hopen dat hij het nog decennia lang volhoudt.
"het verlangen loopt zelden gelijk met de herinnering"
Truus Roeygens won de tweede prijs in de prestigieuze Turing wedstrijd. Voor haar is de Turing een "witte zwaan op een mistige vijver. Een drijfveer. Hij zegt dat ik mag zijn wie ik ben." Een interview over verlangen en herinnering, handen met vuurpijlvingers en poolmoeders, het goede doen en jezelf zijn.
Poëzie Kort 2019 / 3
In de derde Poëzie Kort van 2019 recensies over ‘Gedachte gedichten’ van Jan Terlouw (Eric van Loo), ‘Hongerklop’ van Eric van Rooij (Lennert Ras) en de jubileumbundel ‘De eeuwige jeugd’ door dichters van café Eijlders (Hans Puper).
Rogier de Jong
Rogier de Jong maakt "poëzie waarin je kan wonen" en noemt zichzelf met een knipoog naar Franz von Suppé 'dichter en bouwer'. Meander koos al eerder zijn werk uit. Op 23 maart a.s. wordt zijn debuutbundel 'Memento' (uitgeverij Liverse) gepresenteerd, ook hierin bouwt hij rustig verder.
Toon Tellegen - Glas tussen ons
Laura Demelza Bosma is gelukkig met ‘Glas tussen ons’ van Toon Tellegen: ‘Iemand die zo schrijft als Tellegen lééft, is een veranderlijk, gelaagd wezen en kan zich daardoor ook verplaatsen in het perspectief van een ander, een dier of zelfs een ding. Deze bundel heet 'Glas tussen ons', en ja, er zijn zinnen en stemmingen te vinden die zich als vogels tegen dit glas bewusteloos vliegen, maar als er overal om ons heen glas is, dan is deze bundel een plek waar glas smelt.’
10 uit de 100 van de Turing (2)
De tweede 5 uit de top 10 die Sacha Landkroon, Tijs van Bragt en Inge Boulonois samenstelden uit de top 100 van de Turing Nationale Gedichtenwedstrijd. En opnieuw met een analyse van een van de gedichten door de dichter zelf.
Van slammer tot germanist, redactielid tot grote onbekende, op de Zwarte Cross, in een Wintertuin of op Lowlands, u vindt ze allemaal bij de Turing.