Archief
Marcel Ozymantra
Muziek, beeld, woorden. Dichter Ozymantra is zuinig, "spaar ze dan, die punten, die zegels, de bonnen van oma, plak ze in het boekje".
Peter Theunynck (poëzie) en Lies Van Gasse (illustraties) - Mijn oma is kwijt...
Laura Demelza Bosma las ‘Mijn oma is kwijt …’ van Peter Theunynck (poëzie) en Lies Van Gasse (illustraties), ‘een (voor)leesboek over dementie voor jong en oud’. Het is mooi om te zien hoe Theunynck de empathie van de lezer opwekt en Lies Van Gasse met haar tekeningen een geheel eigen verhaal vertelt. Laura vindt het ‘boekje een fascinerend geheel dat, hoewel er veel verteld en geïllustreerd wordt en ook zeker leerzaam te noemen is, toch ruimte overlaat voor de verbeelding.’
Op naar een lichtvoetige bundel!
In 2017 en 2018 won Machiel Pomp het Nederlands Kampioenschap Light Verse. Hij was jarenlang tekstschrijver voor cabaret maar koos voor het onderwijs en houdt zich pas de laatste twee jaar bezig met light verse. Lang aarzelde hij of hij wel onder eigen naam als plezierdichter bekend wilde worden. Inmiddels is hij aan dat idee gewend, zijn werk 'mag er zijn', in de letterlijke betekenis van die woorden.
Leen Pil – Niet alles is orewoet & waarheid
Romain John van de Maele las de debuutbundel ‘Niet alles is orewoet & waarheid’ van Leen Pil, die geen genoegen neemt met gebaande wegen. ‘Orewoet’ is volgens het Middelnederlands Woordenboek ‘ekstase, geestelijke opwinding, euforie, drift’, maar dat dekt het begrip niet geheel. Van de Maele: ‘De zorgvuldige lezing van de soms enigmatische gedichten heeft me niet dichter bij een adequate interpretatie van de titel gebracht. Ik vermoed dat de lezer uit de bundel eigen waarheden mag destilleren en dat een aantal gedichten geen euforie hoeft uit te lokken (…)’.
Jelle Jan Klinkert
‘Poëzie is de muziek van de taal’ zegt Jelle Jan Klinkert. Terwijl we benieuwd zijn hoe zijn koren klinken, lezen we uit zijn bundel Kom liefde, kom!
Marc van Oostendorp, Raymond Noë (red.) – Grappen, wijn, volgehouden mensenhaat en poëzie
De eerste papieren publicatie van Laurens Jz. Coster mag er zijn. De veertien laatste bijdragen uit ‘Een geschiedenis van het Nederlands aan de hand van 196 sonnetten’, het project waarmee Marc van Oostendorp de afgelopen drie jaar het 450-jarige bestaan van het Nederlandse sonnet luister bijzette. Eric van Loo luisterde aandachtig naar het verrassende werk van veertien Nederlandse en Vlaamse dichters. Het sonnet blijkt springlevend, ‘juist door je niet aan alle regels te houden.’
Bert Struyvé
Bert Struyvé trok de aandacht al bij de Meander Dichtersprijs 2017. Poëzie kan in zijn ogen niet de illusie bieden iets op te lossen, maar vormt een fraai podium om de beklemming talig vast te nagelen.
Sybren Polet - Zijnsvariaties Verbovelden. Late gedichten
De bundel ‘Zijnsvariaties Verbovelden. Late gedichten van Sybren Polet’ verscheen drie jaar na zijn overlijden. Herbert Mouwen: ‘Het proces van het schrijven is letterlijk zichtbaar in de bundel en kan al lezende niet genegeerd worden. Op de linker pagina’s staan de handgeschreven gedichten in de eindversie, op de rechter dezelfde gedichten in druk. (…) Het lezen van ‘Zijnsvariaties Verbovelden’ was voor mij (…) een pure en indringende leeservaring.’
"er komt een moment dat je toch iets meer wilt"
In de serie 'gesprekken met Meandermedewerkers' het zesde gesprek: Alja Spaan praat met Maurice Broere. "Er komt een moment dat je toch iets meer wilt, dan is het boeiend om je te verdiepen in dichtbundels, analyses te schrijven en die te delen met anderen."
Poëzie Kort 2019 / 1
In de eerste ‘Poëzie Kort’ van 2019 recensies van Hans Franse, Hans Puper en Lennert Ras over de light verse-bundel ‘Lichtvoetig II’, ‘Serendipity’ van de detective Paul Claes en de bundel over schoonheid en vergankelijkheid ‘Bij benadering misschien dit’ van Elbert Gonggrijp.
nieuwjaarswens
Miel Vanstreels – De eerste zeventien
Romain John van de Maele leerde het werk van Miel Vanstreels kennen in het begin van de jaren zeventig, maar verloor het daarna grotendeels uit het oog. Hij is blij met de hernieuwde kennismaking. In ‘De eerste zeventien’ gaat een aantal gedichten over het wielerleven, ‘maar de dichter beschrijft vooral zijn kinder- en jeugdjaren tussen 1951 en 1970.’ Net als Van de Maele zoekt de dichter ‘naar verdieping in een talig universum. Niet de foto die vergeeld of gekruld in een doos of een album aan een gebeurtenis herinnert, maar het woordbeeld, dat in het onderbewuste ligt opgeslagen, opent de sluizen van de zingeving.’
Inge Nicole / Nicola Kloosterman
De tweede aflevering van het Alkmaarse project dichtdruk met dichter Inge Nicole die reageerde op de collage van kunstenaar Nicola Kloosterman. Gepresenteerd 27 oktober 2018 bij Reuring.
Paul Demets – De klaverknoop
In ‘De klaverknoop’ gaat Paul Demets op zoek naar de mens, en in het bijzonder naar de verknooptheid van het ik. Johan Reijmerink ontwart voor ons enkele knopen, en laat zien hoe de dichter voortborduurt op Lacan en Deleuze. Een intrigerende bundel: ‘Het blijkt moeilijk te zijn om zichzelf terug te vinden, om zichzelf terug te denken in de verknopingen waaruit men is voortgekomen en waarbinnen men is groot geworden.’
'Schrijven om de verwoesting goed te maken'
De poëzie van Delphine Lecompte –en collega-dichters zijn laaiend over haar werk!- kun je niet oppervlakkig lezen. Wie goed leest voelt de beklemming vanaf de eerste regels. Wie is zij? Waarom schrijft zij? En wie zijn de personages die haar gedichten bevolken? Marten Janse reisde af naar Brugge voor een intiem interview: schrijven om de verwoesting goed te maken…
Hans Franse - De lof der espresso / Petit ouverture a danser
‘De lof der espresso / Petit ouverture a danser’ van Hans Franse is gelezen door Ernst Jan Peters. De dubbelbundel kent een Italiaanse en een Franse kant waarbij deze landen het decor en de inspiratie vormen van de gedichten. Ansichtkaarten zijn het, sommige wel erg persoonlijk, maar je krijgt er zeker zin in om zelf naar het zuiden te reizen. Erg jammer dat er zoveel slordigheden zitten in de uitgave.
Joris Miedema / Piet Lont
Als kerstgedachte de eerste aflevering van dichtdruk, een uniek project van het Grafisch Atelier Alkmaar in samenwerking met Bibliotheek Kennemerwaard en literair platform Reuring waarin dichter en kunstenaar elkaar ontmoeten. Hier zijn dat Joris Miedema en Piet Lont. ‘Elke kunst is een poging tot volmaken. Van proberen aan te vullen wat ontbreekt.’, aldus Henk Romijn Meijer, in: Schrijvers gaan niet dood, interviews van Margot Vanderstraeten.
Jonathan Griffioen - Gedichten met een Mazda 626
Hans Puper over ‘Gedichten met een Mazda 626’ van Jonathan Griffioen: ‘Ontsnappen uit de afgebakende ruimten van het kantoor naar onbegrensde vlakten, van etikettenplakkerij naar de vrijheid van de Mazda 626 die harder optrekt dan een Golf, de Mazda met overmoedige inzittenden die een onvoorwaardelijke liefde en vriendschap voor elkaar voelen.’ Poëzie is het middel daartoe. Een heel goede bundel.
Willem Tjebbe Oostenbrink
De poëzie van Willem Tjebbe Oostenbrink lijkt op het eerste oog verbonden met zijn geboortegrond, het Groninger Westerkwartier, maar is bij nadere beschouwing breder, universeler. In 2016 trad hij voor het eerst op met Nederlandstalige gedichten, in 2017 deed hij mee met de Meander Dichtersprijs. In dat jaar verscheen ook zijn geprezen bundel Zolt en Stof.
Roger de Neef - Grondgebied
In de afdeling ‘Grondgebied’ uit de gelijknamige bundel behandelt Roger de Neef de puur menselijke tragiek van het wonen en samenwonen van en met oorlogsvluchtelingen en migranten in onze open en evenzeer gesloten samenlevingen. Volgens Maurice Broere de interessantste afdeling van de hele bundel, die volgens hem enigszins disharmonisch in elkaar steekt. ‘Als er wat meer gedichten geschrapt zouden zijn, zou dat een beter geheel hebben opgeleverd.’
"Het woord is zwak geworden"
Koen Stassijns 'probeert de lezers te ontroeren, bij het nekvel te grijpen'. Hij doet in zijn werk zowel verslag van maatschappelijke betrokkenheid als van existentiële eenzaamheid. 'Ooit hebben gedichten revoluties ontketend in tal van landen. Ik vrees dat die tijd voorgoed voorbij is. Het woord is zwak geworden.'
Bert van den Helder - Een jaar is vier kwartaal in tweeënvijftig lichte gedichten
Inge Boulonois over het debuut ‘Een jaar is vier kwartaal in tweeënvijftig lichte gedichten’: ‘Van den Helder dicht toegankelijk, luchtig en speels. Zijn onderwerpen zijn zeer divers. Van een schrikkeldag tot een bitterbal, een schoolbank tot een mand, van dieptemeditatie tot een wasknijper: je kunt het zo gek niet verzinnen, of hij kan er een vers over schrijven. Kenmerkend voor zijn dichtstijl is het verrassende slot.’
Kees Godefrooij
Kees Godefrooij is dichter te Amsterdam en verzorgt middels Stichting Spleen bijzondere uitgaven waaraan heel veel dichters belangeloos meewerken, net zo enthousiast als de initiatiefnemer. Zij laten zich net zo gemakkelijk inspireren door Edgar Allan Poe als door Verlaine, Marsman of Godefrooij.
Bernard Dewulf – Naar het gras
Het heeft even geduurd voor Bernard Dewulf een nieuwe dichtbundel liet verschijnen. ‘Kleine dagen’ dateert uit 2009, en vier jaar geleden bundelde hij zijn werk dat hij in de twee daaraan voorafgaande jaren als stadsdichter van Antwerpen had geschreven (‘Stadsgedichten’, 2014). Ondertussen bleef Dewulf actief als columnist, essayist en kunstcriticus. Romain John van de Maele is goed te spreken over diens nieuwe gedichten. Geen postmoderne poëtica, maar heldere en zeer toegankelijke versregels. ‘De gedichten van Dewulf nodigen de lezer uit tot een stil gesprek.’