LITERAIR E-MAGAZINE VOOR NEDERLANDSTALIGE POËZIE

Archief

Ramsey Nasr -  Compacter
Ramsey Nasr - Compacter
Ramsey Nasr (Dichter des Vaderlands van 2009 tot 2013) heeft met ‘Compacter’ een verzamelbundel samengesteld met gedichten uit zijn vorige bundels. Dit jaar schrijft hij ook het Poëziegeschenk. Hettie Marzak vindt het dichterschap van Nasr bijzonder: ‘In betrokken maatschappijkritiek stelt hij onrecht aan de kaak. Liever ziet hij zich omringd door eerlijke barbaren dan door gecultiveerde leugenaars. En deze voorkeur spreekt hij uit in bevlogen en betoverende taal, bezwerend en evocatief.’
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (31)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (31)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het eenendertigste antwoord komt van Paul Bezembinder.
Steven Graauwmans - Wachten op de bijen
Steven Graauwmans - Wachten op de bijen
‘’Steven Graauwmans heeft met de bundel ‘Wachten op de bijen’, stof gegeven om over na te denken, vindt Paul Roelofsen. De bundel is geïnspireerd op de film ‘Gerry’. Graauwmans probeert, zoals de filmmaker ook doet, om ‘de lezer, tot nadenken te stemmen omtrent het menselijk bestaan en de zin, ‘the thing’, daarvan.’’
Nieuwsbrief 6 / 6 februari
Nieuwsbrief 6 / 6 februari
Wandeltocht met mijn broer
Wandeltocht met mijn broer
Niet alleen kunst en poëzie bieden een route naar andermans hart maar het zijn wel manieren om vrienden te maken, verbinding met de ander aan te gaan. Geen wereldschokkende gedachten maar ze helpen onze columnist Jan Loogman om geheel open voor verbinding in de trein te stappen. Vervolgens wandelt hij met zijn broer, al te veel stilstaan doen ze niet.
Taco van Peijpe
Taco van Peijpe
Dichter Taco van Peijpe beheerst de taal en ook zijn gevoel. Nergens gaat hij zich te buiten aan een onverlaten woord of een toevallige gedachte. Misschien dat het voor verlangen nog te vroeg is en worden er zinnen weggelaten maar ieder woord is vol van betekenis en als we goed luisteren horen we de lieflijke tonen van een lied.
Tomas Lieske - Het spettert geluk
Tomas Lieske - Het spettert geluk
Klauwhamer en Bitter hebben een goed gesprek terwijl ze samen aan het vissen zijn. Bitter doet verslag van de bundel ‘Het spetter geluk’ van Tomas Lieske, die hij recent gelezen heeft. Hierin buitelen vooral elementen uit de westerse cultuurgeschiedenis over elkaar heen. Bitter begrijpt niet waarom hij tot de laatste bladzijde moet wachten om poëzie te lezen. Dit is het derde deel van de drieluik die begon met ‘Daedalea’ en werd voortgezet met ‘Keto Stiefcommando’. Een recensie van Peter Vermaat.
"Het gaat om het maken. Dat is waarom ik schrijf."
"Het gaat om het maken. Dat is waarom ik schrijf."
Toen Sasja Janssen eenmaal een fascinatie voor een woord had, is ze gaan schrijven en kon ze van elementen uit haar leven fictie maken. Taal was voor haar niet vanzelfsprekend, ze moest die haar eigen maken en haar eigen taal ontwikkelen. Met haar poëzie stelt ze een daad, ‘hier ben ik, ik besta'.
Toon Tellegen - Tot de winter er op volgt
Toon Tellegen - Tot de winter er op volgt
Toon Tellegen vierde in 2021 zijn tachtigste verjaardag en schreef voor die gelegenheid de bundel ‘Tot de winter er op volgt’, die handelt over de ouderdom. Kamiel Choi vindt het een mooi kleinood. ‘’De bundel bevat een aantal vergelijkbaar sterke gedichten over schuld, berouw, vergetelheid, God, kortom de voor de hand liggende thema’s die alle aspecten van de ouderdom bestrijken. Tellegen toont zich poëtisch het sterkst wanneer hij ongemerkt zachtjes achteruit schuifelt en zijn lezers ‘laat zien’ wat hij heeft ervaren.’’
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (30)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (30)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het dertigste antwoord komt van Sandra Roobaert.
Astrid Lampe - Tulpenwodka
Astrid Lampe - Tulpenwodka
De nieuwe bundel ‘Tulpenwodka’ van Astrid Lampe staat in het teken van de coronacrisis met al zijn menselijke en onmenselijke kanten. Hoewel Johan Reijmerink waardering heeft voor de taalvirtuositeit van Lampe, zou hij enige matigheid toejuichen: ‘Deze poëzie ontkomt niet aan een zekere gewrongenheid en verliest zich nogal eens in te veel beeldrijke taalvondsten die elkaar kort opvolgen. Deze overdaad schaadt het overzicht per gedicht. Je wordt er als lezer door overspoeld.’
Nieuwsbrief 5 / 30 januari
Nieuwsbrief 5 / 30 januari
Een wonderkind én een total loss – Delmore Schwartz’ gevecht met de beer
Een wonderkind én een total loss – Delmore Schwartz’ gevecht met de beer
De hedendaagse poëzie heeft meer aan Delmore Schwartz te danken dan je zou denken. Rogier de Jong schetst een beeld van deze poète maudit. Schwartz’ gedichten zijn boeiend, verontrustend, scherpzinnig opgebouwd en getoonzet in een wervelende stijl die soms het randje van het theatrale opzoekt. Wat onze columnist vooral bewondert is daarin de verschuiving van het algemene naar het persoonlijke.
Monique Leferink op Reinink
Monique Leferink op Reinink
Monique Leferink op Reinink wil in haar poëzie een ruimte bieden waarbinnen mensen, dieren en dingen vrij kunnen bestaan in hun kwetsbaarheid, vergankelijkheid en verbondenheid. En dat lukt haar. Ze schetst een bijzondere soort intimiteit waarin ze je als lezer binnenlaat. Eenvoud en tegelijk pertinent, mysterieus en aantrekkelijk, ontroerend en helend en zo nu en dan ongrijpbaar.
Alja Spaan - losse honden
Alja Spaan - losse honden
Alja Spaan heeft een geheel eigen en uitdagende werkwijze. Zo ontstaat in de bundel ‘losse honden ’een lang lint aan gedichten. Herbert Mouwen: ‘Ook de gedichten zelf hebben de vorm van een rijgsnoer, een kralenketting. Ze zijn opgebouwd uit een reeks beelden die de lezer leiden naar het einde van het gedicht. Elk element van die dichtsnoer is een schakel, soms een kleurrijke kraal, dan weer een glanzende parel, die meestal associatief aan de (dubbele) draad van het gedicht geregen is.’
Cabaretkenner Kick van der Veer maakt Podcast Light Verse
Cabaretkenner Kick van der Veer maakt Podcast Light Verse
Als geen ander is hij thuis op het gebied van theater, cabaret en kleinkunst. Elke zondagmorgen is het programma Andermans Veren te beluisteren op NPO Radio 5. Dit jaar bestaat dat programma dertig jaar. Het Cabaret Ivo de Wijs wakkerde indertijd zijn enthousiasme voor light verse en nonsensgedichten aan. Inge Boulonois sprak met Kick van der Veer.
Roelof ten Napel - Dagen in huis
Roelof ten Napel - Dagen in huis
Kamiel Choi bespreekt ‘Dagen in huis’ van Roelof ten Napel: ‘’De bundel bevat een behoorlijk aantal scherpe observaties die zeker in een zorgvuldige lezer zullen doorwerken. ‘Dagen in huis’ is het werk van een geoefende jonge dichter die goed in staat is verwondering voor het alledaagse te evoceren. De tendens om met retorische vragen en harde enjambementen een theatraal effect te creëren, is de zwakte van deze bundel omdat het afdoet aan de verstilling, het stilstaan bij de ervaring.’’
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (29)
Wat Maakt Een Gedicht Goed? (29)
Een nieuwe serie die wekelijks een antwoord probeert te geven op de vraag Wat Maakt Een Gedicht Goed? Kun je zo’n vraag wel beantwoorden? De medewerkers van Meander zijn achtereenvolgens serieus, speels, poëtisch, humoristisch, streng, onderhoudend, kort, (iets) te lang, verlegen, duidelijk, zeker, geërgerd, motiverend, vluchtig of vragend. Het negenentwintigste antwoord komt van Monique Wilmer.
Toon Vanlaere - Schreeuw mijn aarde
Toon Vanlaere - Schreeuw mijn aarde
Voor Peter Vermaat is ‘Schreeuw mijn aarde’ van Toon Vamlaere dé bundel van 2021: ‘’Het komt niet vaak voor dat alle gedichten van een bundel elk een noodzakelijk deel van dat geheel vormen en dat zowel de chromatiek als de thematiek ieder gedicht doorademen en dooraderen. In de zowel dodelijke als leven brengende dans van ‘wij’: de ‘ik’ en de ‘jij’, aarde en lichaam, huid en gesteente, water en bloed, maakt ieder gedicht zijn eigen kleine beweging in het grotere geheel, doorleefd en beschreven vanuit zowel het persoonlijke oog als vanaf het hoge aloverziende.’’
Nieuwsbrief 4 / 23 januari
Nieuwsbrief 4 / 23 januari
‘Ik hou van jou, maar je ziet me niet’
‘Ik hou van jou, maar je ziet me niet’
Antjie Krog stelt in een interview met Hester van Hasselt dat dichters technisch gezien al eeuwenlang hetzelfde vertellen, namelijk ‘Ik hou van jou, maar jij ziet me niet.’ Jonge dichters en kunstenaars moeten ontdekken hoe dat nog niet is gezegd of uitgebeeld, anders kunnen ze net zo goed stoppen. Is dat ene thema niet wat beperkt? De nieuwe column van Hans Puper.
Marijn Pelkmans
Marijn Pelkmans
Dichter Marijn Pelkmans en kunstenares Svelte Thys hebben gedichten en tekeningen aan elkaar gekoppeld. Met zijn schaarse woorden creëert hij in deze reeks een wolk-universum dat de spanning tussen wolk zijn en mens zijn oproept en ze ook door elkaar laat stromen. Haar tekeningen maken die ervaring nog intenser. Een originele, treffende en uitnodigende samenwerking.
Aly Freije - Een engel aan de deur
Aly Freije - Een engel aan de deur
In de bundel ‘Een engel aan de deur’ van Aly Freije vindt recensent Marc Bruynseraede ‘gedichten die zwanger zijn van verdriet, gemis en rouw’. De briljante formulering: ‘Stilte steekt als een zeurende pijn’ die Bruynseraede leest in het openingsgedicht ‘wekt de indruk dat we hier met een dichteres van formaat te maken hebben, die weet hoe ze met taal kan omgaan.’ Met een taal die rijk is aan verbeelding schrijft ze gedichten ‘die zich allen in de sfeer van introspectie en het ontstijgen van het aardse tranendal bevinden.’
"Talent is als een plant, je moet ervoor blijven zorgen."
"Talent is als een plant, je moet ervoor blijven zorgen."
In de serie ‘gesprekken met Meandermedewerkers’ het veertigste gesprek, met Jeanine Hoedemakers. Over hoe een haiku ‘echt wel wat meer omvat dan luchtige, snel neergezette grappen of persoonlijke overdenkingen in het juiste aantal lettergrepen’, het hangen aan de lippen van haar moeder bij haar verhalen, dat poëzie van en voor iedereen is maar of het ook te leren is?